Belgen smeren meer zonnecrème met hoge factor

Uit cijfers van de online-apotheek Viata blijkt dat we ons vaker insmeren tegen de zon en een hogere beschermingsfactor gebruiken: een stijging van 42% voor SPF 30+. Dermatoloog Thomas Maselis bevestigt de trend: “Waar we tien jaar geleden veelal kozen voor een factor tussen 10 en 20, zijn we vandaag opgeschoven naar zonbescherming factor 30 tot 50. Positief natuurlijk. Zeker wat onze kinderen betreft, spelen we op veilig: uit een grootschalig onderzoek van La Roche-Posay en IPSOS blijkt dat 89% van de Belgen zijn kinderen goed insmeert. Een heel positieve evolutie – denk maar aan vroeger, voor heel wat generaties was zonbescherming in de kinderjaren onbestaande.”

Om de precieze impact van zonbescherming te meten, is het echter nog te vroeg. “Tussen het oplopen van zonschade en het ontwikkelen van een huidtumor zit gemiddeld 10 tot 20 jaar. Het aantal huidkankers in België stijgt vandaag nog altijd, ik denk dat we pas over 25 jaar het effect van zonbescherming kunnen evalueren. Maar nu minder verbranden, is sowieso een goede tendens. Overmatige blootstelling aan de zon blijft een van de belangrijkste factoren voor het ontwikkelen van basaal- of plaveiselcelkanker (twee vaak voorkomende vormen van huidkanker die meestal goed te behandelen zijn) en melanomen. Melanoom en basaalcel carcinoom zijn vooral geassocieerd aan zonnebrand, spinocellulair epithelioom aan chronische zonblootstelling zoals bij buitenwerkers.”

Viata stelt ook vast dat Belgen steeds meer gezichtsverzorging met zonnefilter kopen. Maselis: “Dat is goed om rimpelvorming tegen te gaan, want zon en roken zijn de belangrijkste exogene factoren voor huidveroudering. Maar dagcrèmes met zonbescherming halen weinig uit in termen van huidkanker. Om je huid te beschermen is allereerst een stevigere factor nodig. Daarnaast raad ik niet aan om deze dagcrèmes in de winter te gebruiken, net omdat heel wat Belgen dan met een tekort aan vitamine D kampen. Maar in de zomer, om rimpels tegen te gaan, geen probleem.”