Tips voor sauna voor diabetici
nieuws
Diabetici doen er best aan om met hun arts vooraf te bekijken of sauna voor hen geen risico’s inhoudt. Ze dienen alleszins rekening te houden met mogelijke ongewenste effecten van de hitte op het bloedsuikergehalte.
Ten eerste kan het zweten leiden tot een sterke daling van het bloedsuikergehalte. Bovendien leidt de hitte van de sauna tot een verhoogde absorptie van insuline. Ook hierdoor kan het bloedsuikergehalte sterk dalen. Daarom wordt aangeraden dat er minstens twee uur verstreken zijn sinds de laatste insulinegift en het saunabezoek. Bovendien is het aangeraden om wat snelle suikers mee naar de sauna te nemen om eventuele problemen op te lossen.
Omgekeerd kan de verhoogde vrijstelling van diverse hormonen in de sauna leiden tot een verhoging van de bloedsuiker.
Diabetici die een subcutane insulinepomp (CSII) gebruiken, moeten extra voorzichtig zijn. Door de hitte in de sauna kunnen zich wijzigingen voordoen in de insuline waardoor die niet langer werkt. Daarom wordt aangeraden om de pomp niet mee te nemen in de sauna.
Diabetici moeten alleszins volgende regels in acht nemen:
• Niet nuchter maar ook niet met volle maag naar de sauna
• Voor de sauna de bloedsuiker testen (hij moet boven 110 mg/dl (6 mmol/l) liggen). Eventueel ook na elke sessie en na de hele saunabeurt testen. Dit geldt zeker voor diabetici die voor de eerste keer of die niet regelmatig naar de sauna gaan.
• Geen insuline spuiten vlak voor de saunabeurt
• Insulinepomp niet meenemen in de sauna
• Zorgen voor voorraadje snelle suikers
• Zich goed afdrogen na de douche voor de saunabeurt (voeten moet droog zijn)
• Eerder kort en heet in de sauna, dan lang en lauwwarm
• Maximaal drie sessies van 8-12 minuten
• Na elke sessie goed afkoelen (eerst in de frisse lucht, nadien pas koud water, te beginnen aan voeten en armen, pas dan het bovenlijf), en 15 tot 30 minuten rust tussen elke sessie. Voeten goed droog houden.
• Geen alcohol voor of tijdens de sauna