nieuws
Ouders van een kind met een voedselallergie vrezen vaak dat ook hun andere kinderen een allergie hebben of zullen krijgen. Maar dat is meestal niet het geval, zo blijkt uit nieuw onderzoek in het Journal of Allergy and Clinical Immunology: In Practice. De kans dat ook de andere kinderen een voedselallergie zullen krijgen, ligt niet veel hoger dan in de algemene bevolking.
Nauwelijks 13,6 % van de broertjes of zusjes van een kind met een (aangetoonde) voedselallergie voor bijvoorbeeld pinda's, melk of eieren was ook allergisch. Wanneer echter allergietests werden uitgevoerd, testte 53 % van de broertjes of zusjes positief, terwijl ze nochtans geen allergiesymptomen vertoonden.
Volgens de onderzoekers heeft het dan ook weinig zin om broertjes of zusjes van een allergisch kind, die zelf geen allergische symptomen vertonen, preventief te testen op een voedselallergie vooraleer hen bloot te stellen aan mogelijk allergene voedingsproducten. Dat kan er namelijk toe leiden dat die kinderen ten onrechte als allergisch worden bestempeld, terwijl ze in de praktijk geen allergische klachten hebben.
 |
 |
