Menopauze verhoogt risico op hart- en vaatziekten: wat kan je eraan doen?

De menopauze is te wijten aan een vermindering en vervolgens een stopzetting van de hormonenproductie door de eierstokken. Dat gaat gepaard met een reeks symptomen: maandstonden die uitblijven, opvliegers, nachtelijk transpireren, wisselend humeur, minder libido, gewichtstoename, vermindering van de botmassa... 

Een ander gevolg van de menopauze is relatief onbekend maar daarom niet minder reëel: de toename van het risico op hart- en vaatziekten. 

Dat ligt hoofdzakelijk aan cholesterol. De oestrogene hormonen vormen namelijk een natuurlijke bescherming tegen cholesterol doordat ze de ‘slechte’ cholesterol bestrijden en de ‘goede’ bevorderen. Precies daardoor is te verklaren dat hart- en vaataandoeningen bij vrouwen onder de 50 jaar minder vaak voorkomen. 

Jammer genoeg luidt de menopauze het einde van deze hormonale bescherming in. Dat leidt bij de helft van de vrouwen na hun vijftigste tot een te hoog cholesterolgehalte. Hun totaal cholesterolgehalte neemt toe en het aandeel van de LDL-cholesterol – de ‘slechte’ cholesterol – stijgt met 10 à 20 procent. Het aandeel van de ‘goede’ HDL-cholesterol daarentegen daalt in de overgangsjaren voor de menopauze met ongeveer 10 procent. 

Bovendien hebben vrouwen tijdens de overgang ook de neiging om zwaarder te worden.

Al die veranderingen dragen bij tot een aanzienlijke toename van het risico van hart- en vaatziekten zoals verhoogde bloeddruk, een beroerte, angina pectoris, trombose, ... Tijdens de tien jaar na de menopauze wordt het risico ongeveer vier keer zo groot. 

De menopauze is niet de enige verklaring voor dit verschijnsel. Met de leeftijd verouderen de aders immers. De aderwanden worden stijver en de elastische vezels breken. Het hart moet dus harder werken om het bloed door de aders te pompen. De bloeddruk stijgt en het risico op een hartinfarct neemt toe.