- nieuwsVeilig van start: vaccinatie tijdens de zwangerschap
- dossierWaterpokken of windpokken: symptomen en behandeling
- nieuwsWeinig bekend maar wijdverspreid: onze expert beschrijft HPV van A tot Z
- dossierGriep en corona: wie laat zich beter vaccineren?
- dossierPneumokokken: wie moet zich laten vaccineren?
Aanbevolen vaccins van 10 - 90 jaar
reserve
Poliomyelitis (kinderverlamming)
Difterie (kroep)
Tetanus (klem)
Pertussis (Kinkhoest)
Haemophilus influenza B
Hepatitis B
Bof (dikoor)
Mazelen
Rubella (Rode Hond)
Pneumokokken
Meningokokken type C
Rotavirusinfectie
Griep
Hepatitis A
Meningokokken ACWY
Gele koorts
Buiktyphus
Hondsdolheid (rabies)
Japanse encefalitis
Europese teken encefalitis ( frühsommer-meningo encefalitis)
Lees ook: Welke vaccins worden aanbevolen?
Poliomyelitis (kinderverlamming)
De vaccinatie tegen polio is de enige die in ons land verplicht is voor alle kinderen. Bij de geboorteaangifte ontvang je een polio-attest: laat dat attest, na het laatste poliovaccin (op 15 maand), invullen door je arts en bezorg het aan de dienst Bevolking van je gemeente (voordat je zoon/dochter 18 maand wordt).
Het vaccin wordt toegediend op de leeftijd van 2, 3 en 4 maanden, met een vierde dosis op de leeftijd van 15 maanden. Het gaat om een hexavalent vaccin (Infanrix hexa®) dat tegen zes infectieziekten is gericht : polio, difterie, tetanus, pertussis en Haemophilus influenza B en hepatitis B.
Op de leeftijd van 5-7 jaar (normaal in het eerste leerjaar) wordt een herhalingsvaccin gegeven. Hiervoor wordt een tetravalent vaccin (Infanrix-ipv®) gebruikt dat bescherming biedt tegen vier infectieziekten: difterie, poliomyelitis, tetanus en pertussis
Mensen die weigeren om hun kinderen te laten vaccineren tegen die andere infectieziekten, kunnen hun kinderen ook laten vaccineren met een apart poliovaccin (Imovax polio®). Dit wordt toegediend op de leeftijd van 2, 4 en 5 maanden.
Deze vaccins wordt gratis ter beschikking gesteld door de Vlaamse Gemeenschap.
Bij personen die op reis gaan naar een regio waar nog polio voorkomt, is het aangeraden om zich opnieuw te laten vaccineren.
Difterie (kroep)
Vaccinatie wordt aangeraden voor alle kinderen.
Er zijn vier dosissen nodig die worden toegediend op de leeftijd van 2, 3, 4 en 15 maanden. Hiervoor wordt een hexavalent vaccin gebruikt dat bescherming biedt tegen zes infectieziekten: difterie, poliomyelitis, tetanus, pertussis, haemophilus influenza en hepatitis B.
Op de leeftijd van 5-7 jaar (normaal in het eerste leerjaar) wordt een herhalingsvaccin gegeven. Hiervoor wordt een tetravalent vaccin gebruikt dat bescherming biedt tegen vier infectieziekten: difterie, poliomyelitis, tetanus en pertussis.
Deze vaccins wordt gratis ter beschikking gesteld door de Vlaamse Gemeenschap.
Tetanus (klem)
Vaccinatie wordt aangeraden voor alle kinderen.
Er zijn vier dosissen nodig die worden toegediend op 2, 3, 4 en 15 maanden. Hiervoor wordt een hexavalent vaccin gebruikt dat bescherming biedt tegen zes infectieziekten: difterie, poliomyelitis, tetanus, pertussis, haemophilus influenza B en hepatitis B.
Op de leeftijd van 5-7 jaar (normaal in het eerste leerjaar) wordt een herhalingsvaccin gegeven. Hiervoor wordt een tetravalent vaccin gebruikt dat bescherming biedt tegen vier infectieziekten: difterie, poliomyelitis, tetanus en pertussis.
Deze vaccins wordt gratis ter beschikking gesteld door de Vlaamse Gemeenschap.
Lees ook: Alles wat je moet weten over tetanus
Pertussis (Kinkhoest)
Vaccinatie wordt aangeraden voor alle kinderen.
Er zijn vier dosissen nodig die worden toegediend op 2, 3, 4 en 15 maanden. Hiervoor wordt een hexavalent vaccin gebruikt dat bescherming biedt tegen zes infectieziekten: difterie, poliomyelitis, tetanus, pertussis, haemophilus influenza en hepatitis B. Gelet op de ernst van kinkhoest bij zuigelingen is het belangrijk het begin van deze vaccinatie niet uit te stellen.
Op de leeftijd van 5-7 jaar (normaal in het eerste leerjaar) wordt een herhalingsvaccin gegeven. Hiervoor wordt een tetravalent vaccin gebruikt dat bescherming biedt tegen vier infectieziekten: difterie, poliomyelitis, tetanus en pertussis
Deze vaccins wordt gratis ter beschikking gesteld door de Vlaamse Gemeenschap.
Lees ook: Kinderziekten en hun symptomen
Haemophilus influenza B
Vaccinatie wordt aangeraden voor alle kinderen.
Er zijn vier dosissen nodig die worden toegediend op de leeftijd van 2, 3, 4 en 15 maanden. Hiervoor wordt een hexavalent vaccin gebruikt dat bescherming biedt tegen zes infectieziekten: difterie, poliomyelitis, tetanus, pertussis, haemophilus influenza en hepatitis B.
Als je kind nog niet gevaccineerd is en ouder is dan één jaar, volstaat één prikje.
Als je kind na de leeftijd van 5 jaar nog niet gevaccineerd is, dan heeft vaccinatie geen zin meer.
Bij nauw contact met een kind dat meningitis heeft opgelopen, zullen niet-gevaccineerde kinderen die jonger zijn dan 5 jaar gevaccineerd worden.
Hepatitis B
Sinds 1 september 1999 worden alle zuigelingen in Vlaanderen gratis gevaccineerd tegen hepatitis B. Het vaccin wordt toegediend op de leeftijd van 2, 3 en 4 maanden, met een vierde dosis op de leeftijd van 15 maanden. Het gaat om een hexavalent vaccin (Infanrix hexa®) dat naast hepatitis B nog tegen vijf andere infectieziekten is gericht: polio, difterie, tetanus, pertussis en Haemophilus influenza B.
Het schema wordt aangepast voor pasgeborenen van moeders, die besmet zijn met het hepatitis B-virus: Deze baby’s krijgen onmiddellijk na de geboorte een eerste vaccin tegen hepatitis B en daarnaast ook beschermende antistoffen. Daarna kan het gewone vaccinatieschema toegepast worden met een combinatievaccin.
Dit vaccin wordt gratis ter beschikking gesteld door de Vlaamse Gemeenschap.
Jonge kinderen die als zuigeling niet tegen hepatitis B werden gevaccineerd, worden het best gevaccineerd als ze:
• verblijven in een instelling voor mentaal gehandicapten,
• coagulatiefactoren ontvangen,
• leven in een gezin met adoptiekinderen uit landen waar veel hepatitis B heerst,
• wiens ouders drager zijn van het hepatitis B virus,
• die in ontwikkelingslanden gaan wonen of er langdurig (langer dan 3-6 maanden) verblijven. Hetzelfde geldt voor kinderen van migranten uit risicolanden wanneer ze hun vakanties in hun moederland doorbrengen.
Voor al deze groepen wordt meestal het gecombineerde vaccin tegen hepatitis A en B (Twinrix paediatric®) aangeraden. Dit wordt niet gratis ter beschikking gesteld.
Lees ook: Hepatitis: verschillende soorten
Bof (dikoor)
Het vaccinatieschema omvat een dosis drievoudig vaccin (tegen mazelen, bof en rode hond) op de leeftijd van 12 maanden. Wanneer het kind het lager onderwijs begint, moet de vaccinatietoestand worden gecontroleerd en wordt een inhaalvaccinatie gegeven aan de kinderen die het vaccin nog niet gekregen hebben.
Op de leeftijd van 10 tot 13 jaar (vijfde leerjaar) wordt een tweede dosis toegediend. Bij kinderen die naar een tropisch land vertrekken, kan deze tweede vaccinatie vervroegd worden vanaf 6 jaar.
Dit vaccin (M-M-R VAX) wordt gratis ter beschikking gesteld door de Vlaamse Gemeenschap.
Mazelen
Vaccinatie wordt aangeraden voor alle kinderen.
Het vaccinatieschema omvat een dosis drievoudig vaccin (tegen mazelen, bof en rode hond) op de leeftijd van 12 maanden. Wanneer het kind het lager onderwijs begint, moet de vaccinatietoestand worden gecontroleerd en wordt een inhaalvaccinatie gegeven aan de kinderen die het vaccin nog niet gekregen hebben.
Aan kinderen die in de ontwikkelingslanden of andere landen met lage vaccinatiegraad in nauw contact met de lokale bevolking verblijven, kan het vaccin al vanaf 6 maanden gegeven worden. Dit moet gevolgd worden door een 2de dosis, vanaf de leeftijd van 12-15 maanden.
Wanneer het kind het lager onderwijs begint, wordt de vaccinatietoestand gecontroleerd en wordt een inhaalvaccinatie gegeven aan de kinderen die het vaccin nog niet gekregen hebben. Op de leeftijd van 10 tot 12 jaar (vijfde leerjaar) wordt een tweede dosis toegediend. Bij kinderen die naar een tropisch land vertrekken, kan deze tweede vaccinatie vervroegd worden vanaf 6 jaar.
In geval van een mazelenepidemie kunnen kinderen tussen 6 en 12 maanden die in een gemeenschap leven of een verhoogd risico lopen van besmetting en/of complicaties (bv. reis in de tropen, mucoviscidose, hartaandoening) ingeënt worden. In dat geval moet rond de leeftijd van 12 maand een nieuwe inenting gebeuren (minstens 2 maand na toediening van de eerste dosis).
Dit vaccin (M-M-R VAX) wordt gratis ter beschikking gesteld door de Vlaamse Gemeenschap.
Lees ook: Kinderziekten en hun symptomen
Rode hond (Rubella)
Vaccinatie wordt aangeraden voor alle kinderen.
Het basisvaccinatieschema omvat één dosis drievoudig MBR-vaccin (tegen mazelen, bof en rode hond) op de leeftijd van 12 maanden. Wanneer het kind het lager onderwijs begint, wordt de vaccinatietoestand gecontroleerd en wordt een inhaalvaccinatie gegeven aan de kinderen die het vaccin nog niet gekregen hebben. Op de leeftijd van 10 tot 12 jaar (vijfde leerjaar) wordt een tweede dosis toegediend. Bij kinderen die naar een tropisch land vertrekken, kan deze tweede vaccinatie vervroegd worden vanaf 6 jaar.
Dit vaccin (M-M-R VAX) wordt gratis ter beschikking gesteld door de Vlaamse Gemeenschap.
Pneumokokken
Deze vaccinatie wordt aangeraden voor alle kinderen beneden 2 jaar.
Het vaccin wordt tegelijk met de andere vaccins toegediend op de leeftijd van 2, 4 en 12 maanden.
Tijdens het eerste jaar dat het vaccin in het basisvaccinatieschema wordt opgenomen (2007), raadt de Hoge Gezondheidsraad aan om alle kinderen jonger dan 2 jaar te vaccineren.
Dit vaccin (Prevenar®) wordt gratis ter beschikking gesteld door de Vlaamse Gemeenschap.
Lees ook: De pneumokok: een gevreesde bacterie
Meningokokken type C
Deze vaccinatie wordt aangeraden voor alle kinderen.
Het vaccin (Neisvac-C®) wordt in één dosis toegediend op de leeftijd van 15 maanden, tegelijk met het hexavalente vaccin tegen polio, difterie, tetanus, pertussis, Haemophilus influenza B en Hepatitis B. Dit vaccin wordt gratis ter beschikking gesteld door de Vlaamse Gemeenschap.
In sommige omstandigheden (bv. besmettingsgevaar) kunnen baby’s jonger dan 1 jaar gevaccineerd worden. Dan moeten er meer dosissen worden toegediend, telkens met een minimuminterval van één maand. Die dosissen zijn niet gratis.
Kinderen die niet op die tijdstippen zijn gevaccineerd, kunnen het vaccin indien nodig (bv. besmettingsgevaar) nog op latere leeftijd krijgen.
Rotavirusinfecties
De Hoge Gezondheidsraad raadt deze vaccinatie aan voor alle zuigelingen. Het huidige orale vaccin (Rotarix®) wordt tweemaal toegediend, op de leeftijd van 2 en 3 maanden en in elk geval vóór de leeftijd van 6 maanden.
Het kan op hetzelfde moment worden toegediend als inspuitbare vaccins tegen polio, difterie, tetanus, kinkhoest, Haemophilus influenzae type b, hepatitis B en pneumokokken.
Dit vaccin wordt nog niet gratis ter beschikking gesteld door de Vlaamse Gemeenschap. U moet het dus op voorschrift van uw arts afhalen bij de apotheek. Het wordt wel gedeeltelijk terugbetaald door de ziekteverzekering en kost dan 10,40 euro (per dosis).
Opgelet: dit is een oraal vaccin dat via de mond wordt ingenomen, het mag niet worden ingespoten.
Griep (Influenza)
De Hoge Gezondheidsraad adviseert jaarlijkse vaccinatie tegen de seizoensgriep (Influenza) voor volgende risicopersonen:
• kinderen vanaf de leeftijd van 6 maanden die lijden aan een chronische aandoening van de longen, het hart, de lever, de nieren, aan metabole aandoeningen, of aan immuniteitsstoornissen
• kinderen van 6 maanden tot 18 jaar die een langdurige aspirinetherapie ondergaan.
Het vaccin wordt jaarlijks toegediend tussen eind september en begin december.
Voor deze groepen wordt het griepvaccin voor 40% terugbetaald (waardoor de patiënt 5,35 tot 5,50 euro moet betalen in plaats van 10,59 tot 10,84 euro).
Hepatitis A
Vaccinatie tegen hepatitis A wordt in ons land momenteel aanbevolen voor volgende risicogroepen:
• kinderen in een kinderdagverblijf, school, enz. waar een epidemie heerst;
• kinderen van migranten, zeker als ze terugkeren naar hun land van herkomst;
• kinderen met verminderde immuniteit, waaronder patiënten met chronische leveraandoeningen, met bloedstollingsziekten en met HIV;
• kinderen die naar Afrika (ook Marokko, Algerije, Tunesië, Libië en Egypte), LatijnsAmerika, Azië (ook het Nabije Oosten, dus ook voor Turkije; niet voor Israël) reizen, ongeacht de reisduur (dus zelfs voor een zeer korte trip), zelfs wanneer dit in goede hygiënische omstandigheden is;
• kinderen die frequent of in onhygiënische omstandigheden reizen, ongeacht de reisduur, naar de Caraïben, Oost- en Zuid-Europa;
Voor kinderen tussen 1 en 15 jaar wordt een aangepast vaccin met een lagere dosis gebruikt. Het wordt toegediend in 2 dosissen, met 6 à 12 maanden tussen beide injecties.
Men kan ook kinderen jonger dan 1 jaar vaccineren (maar dit is zelden nodig). Als een eerste vaccindosis voor de leeftijd van 1 jaar wordt toegediend, moeten 2 bijkomende vaccindosissen na de leeftijd van één jaar toegediend worden.
Dit vaccin maakt geen deel uit van het gratis vaccinatieprogramma van de Vlaamse Gemeenschap.
Indien ook een vaccinatie tegen hepatitis B nodig is, kan een gecombineerd vaccin (Twinrix paediatric®) worden gebruikt. Ook dit vaccin maakt geen deel uit van het gratis vaccinatieprogramma van de Vlaamse Gemeenschap.
Lees ook: Hepatitis: verschillende soorten
Meningokokken A, C, W en Y
Voor iedereen die tussen eind december tot eind juni naar een land in het Sahelgebied (van Gambia in het westen tot Ethiopië in het oosten) reizen wordt een vaccinatie met een vaccin tegen meningokokken A, C, Y en W aangeraden (Mencevac) als ze:
• ouder zijn dan 2 jaar (bij hoog risico eventueel vanaf 3 maanden),
• er langer dan vier weken verblijven,
• of in nauw contact komen met de plaatselijke bevolking (o.a. reizen met openbaar vervoer, overnachten in local guesthouses, migranten die naar hun land van herkomst reizen en daar bij familie logeren),
• met een slecht werkende milt of bij wie de milt werd verwijderd, ook al verblijven ze slechts kortstondig in één van de risicolanden.
Deze vaccinatie is verplicht voor bedevaarders naar Mekka.
Het vaccin moet tien dagen voor het vertrek toegediend worden, en is drie jaar werkzaam.
Dit vaccin wordt niet gratis ter beschikking gesteld.
Gele koorts
Deze vaccinatie is verplicht voor bepaalde landen in tropisch Afrika en Zuid-Amerika en is om medische redenen sterk aanbevolen voor een aantal andere landen van deze continenten. Aan de landsgrenzen of op vraag van gezondheidsambtenaren moet u uw vaccinatiebewijs (‘gele boekje’) kunnen voorleggen.
Dikwijls wordt vaccinatie ook vereist wanneer men slechts in transit doorheen een risicogebied reist of gereisd heeft.
Een aantal landen eisen de vaccinatie tegen gele koorts ook voor reizigers ouder dan 1 jaar afkomstig uit landen die niet in een risicogebied liggen (zelfs na een kortstondige transit), o.a. Bangladesh (voor reizigers uit Belize, Costa Rica, Guatemala, Honduras, Malawi, Mauritanië, Nicaragua, Trinidad Tobago), Egypte (voor reizigers uit Belize, Costa Rica, Trinidad Tobago) en tenslotte Guinea-Bissau (voor reizigers uit Mauretanië).
Volgende mensen worden niet ingeënt:
• Kinderen jonger dan 12 maanden (tenzij in uitzonderlijke omstandigheden)
• Patiënten met een aangeboren of verworven onderdrukking van de immuniteit (o.a. leukemie, lymfomen, veralgemeende kanker, patiënten die met immuunonderdrukkende geneesmiddelen of radiotherapie worden behandeld, HIV met klinische tekenen van immunodeficiëntie). Dit geldt ook voor patiënten met de ziekte van Crohn, reumatoide artritis, psoriasis… die met immuunonderdrukkende geneesmiddelen worde behandeld. In die gevallen wordt in het vaccinatieboekje vermeld dat de vaccinatie om medische redenen onmogelijk is en wordt een apart attest meegegeven.
• Na een beenmergtransplantatie moet twee jaar gewacht worden.
Het vaccin tegen gele koorts kan bij 1 tot 3 mensen op 10 nevenwerkingen (gelijkend op griep) optreden.
Vraag steeds raad in een erkend reisvaccinatiecentrum of u zich al dan niet moet laten inenten. Het vaccin mag ook alleen in deze centra worden toegediend. Het vaccin kost € 12.
De vaccinatie bestaat uit één inspuiting. De bescherming duurt 10 jaar.
Lees ook: Lijst van de erkende vaccinatiecentra (gele koorts)
Buiktyphus
Deze vaccinatie wordt alleen aangeraden voor mensen die naar sommige landen in Azië (o.m. Indië, Indonesië), Noord-Afrika, Senegal en sommige landen van Latijns-Amerika (Chili, Peru, Mexico) reizen in weinig hygiënische omstandigheden, zeker wanneer de reisduur meer dan 3 weken bedraagt.
Vaccinatie wordt niet aangeraden voor kinderen jonger dan vijf jaar, tenzij er een groot risico op besmetting bestaat.
Er bestaat ook een oraal vaccin (Vivotif®) waarvan drie capsules om de 48 uur moeten worden ingenomen. Dit vaccin mag niet gecombineerd worden met andere vaccins, met een aantal anti-malariamiddelen of met antibiotica.
Lees ook: Landentabel met aan te bevelen en verplichte vaccinaties
Hondsdolheid (rabies)
Deze vaccinatie is aangeraden voor alle kinderen die in een risicogebied (de meeste ontwikkelingslanden) gaan wonen.
Zelfs indien vaccinatie vooraf is toegediend, moet er na eventuele blootstelling steeds zo snel mogelijk twee extra injecties toegediend worden (op dag 0 en dag 3) toegediend worden.
De basisvaccinatie bestaat uit 3 injecties met 1 week tussen de eerste en tweede toediening en een laatste toediening na 4 weken. Na 1 jaar wordt een eerste herhalingsdosis toegediend, vervolgens om de 5 jaar.
Normaal vaccineert men pas vanaf 1 jaar, maar het vaccin mag vanaf 6 maanden toegediend worden.
Een dosis kost 48 € (niet terugbetaald door het RIZIV)
Lees ook: Reisvaccinaties en preventieve behandelingen
Japanse encefalitis
Vaccinatie is enkel aangewezen voor kinderen die langer dan 4 weken op het platteland in Zuid- en Zuidoost-Azië (van India tot Japan) verblijven.
Vaccinatie vereist 3 injecties, gespreid over 4 weken, met een herhaling na 1 jaar en vervolgens om de 3 jaar. Het vaccin kost € 38,40 per dosis (niet terugbetaald door het RIZIV).
Het vaccin wordt niet toegediend aan kinderen jonger dan één jaar. Aan kinderen van 1 tot 3 jaar wordt telkens een halve dosis toegediend.
Europese teken encefalitis ( frühsommer-meningo encefalitis)
Vaccinatie kan aangewezen zijn voor kinderen die langdurig in bosrijke omgeving verblijven in die landen waar de ziekte vaak voorkomt. Risicogebieden zijn: Oostenrijk, Zwitserland, Zuid-Duitsland, Hongarije, Tsjechië, Slowakije, Polen, ex-Joegoslavië, ex-USSR, Bulgarije, Roemenië, maar er zijn ook haarden in Zweden, Denemarken en de Baltische staten.
Vaccinatie bestaat uit 2 injecties met 1 tot 3 maanden tussentijd. Na 9 à 12 maanden volgt de derde injectie. Een herhalingsinenting dient om de 3-5 jaar te gebeuren.
Dit vaccin wordt niet toegediend aan kinderen jonger dan 1 jaar.
Lees ook: Infectieziekten (overzicht) en hun vaccinaties