Een huisdier maakt je gelukkig en het is goed voor je gezondheid

dossier Studies hebben aangetoond wat veel huisdier ‘lovers’ al sinds jaar en dag weten: een huisdier is goed voor de gezondheid!

Een huisdier bevordert de gezondheid! En om de twijfelaars volledig over de brug te halen, wordt deze conclusie meteen gestaafd met een aantal bevindingen zoals: hartpatiënten met een huisdier leven langer dan hartpatiënten zonder huisdier. Huisdieren zorgen ervoor dat ons serotonine- en oxytocinegehalte (een hormoon dat geassocieerd wordt met een goed gevoel en vertrouwen) toeneemt. Voor Alzheimer patiënten lukt het eten gemakkelijker als er een visbokaal op tafel of in de nabijheid staat en ze een visje zien zwemmen.

De voorbeelden zijn legio….

Nog wat extra opzoekingswerk levert 9 specifieke gezondheidsvoordelen op die je als extra bonus erbij krijgt wanneer je een diertje in huis haalt.

1. Mensen met een huisdier voelen zich meestal gelukkiger en minder eenzaam.

2. Met een troeteldier heb je minder last van hoge bloeddruk.

De meeste mensen liefkozen hun huisdier terwijl ze relaxen of televisie kijken. Het strelen van een hond of kat helpt je lichaam om een relaxhormoon te produceren en het vermindert het gehalte van een bepaald stresshormoon. Dit kan leiden tot een verlaging van de bloeddruk. Mensen met huisdieren hebben een lagere bloeddruk en een lagere hartslag in rust dan mensen zonder huisdieren. Het blijkt ook dat kinderen met hypertensie baat hebben bij het strelen van een huisdier, omdat die handeling hun bloeddruk verlaagt.

3. Huisdierbezitters hebben lagere cholesterolgehaltes.

Zelfs al ben je de gelukkige bezitter van een huisdier dat je in topvorm houdt, toch moet je misschien nog altijd op je voeding letten en heb je medicatie nodig. Maar ‘huisdierrijke’ mensen hebben een lager cholesterol- en triglyceridengehalte dan ‘huisdierarme’ mensen.

4. Haal een dier in huis voor een gezond hart.

Volgens de American Heart Association is er een rechtstreeks verband tussen leven met huisdieren, vooral honden, en de levensduur van de mens. Er zou ook een verminderd risico op hartfalen zijn bij wie een hond in huis haalt. Volgens de bevindingen van het National Institutes of Health kan het houden van een huisdier het risico op een hartaanval in de toekomst minimaliseren. Het zorgt namelijk voor een lagere bloeddruk en het reduceert cholesterol en triglyceriden in het bloed. De extra beweging die je doet als je de gelukkige eigenaar bent van een hond (of kat) speelt ook een rol. Een zeer langdurende studie daaromtrent toonde aan dat wie nooit een kat had 40 % meer risico heeft om te sterven aan een hartaanval dan wie wel ooit een poes in huis had.

5. Met dieren in de buurt ontwikkel je immuniteit tegen astma en allergieën.

Het klinkt op het eerste gezicht wat tegenstrijdig, maar onderzoek heeft aangetoond dat dieren in huis, vooral katten, bevorderlijk zijn voor het ontwikkelen van immuniteit tegen astma en andere allergieën. Bepaalde studies tonen zelfs aan dat baby’s die ‘in een huisdier-omgeving’ worden grootgebracht waarschijnlijk minder allergieën en astma ontwikkelen. Ze hebben in hun eerste levensjaar ook minder last van verkoudheden en oorontstekingen dan baby’s die opgroeien in een huis waar geen huisdieren zijn. Dus, wees niet al te bezorgd als je Golden Retriever je ukkie met een flinke lik op zijn gezicht zijn vriendschap betuigt!

6. Een hond of kat tegen depressie.

7. Je favoriete viervoeter moedigt je aan om actief te blijven.

Sommige mensen zijn met geen stok uit hun luie zetel te krijgen. Als het om hun eigen gezondheid gaat, kunnen ze het niet opbrengen om 100 m te voet te gaan. Maar voor het welzijn van hun hond zijn ze gemotiveerd om elke dag minstens een half uur te wandelen. Een goede oefening om de hond zowel als het baasje fit te houden. En een prima remedie tegen overgewicht. Voor geïsoleerde (oudere) mensen is het ook de ideale manier om in contact te komen met buren en andere ‘baasjes’ die in het park hun boezemvriend uitlaten. Op die manier, via het huisdier, verloopt het sociaal contact comfortabeler en minder geremd. Actiever leven, zoals op stap gaan met je hond, is goed voor je gezondheid (en uiteraard ook voor die van je hond): het helpt je beschermen tegen obesitas, osteoporose, en reumatoïde artritis.

8. Een hond of een paard kan kinderen en jonge tieners helpen om hun beperkingen of remmingen te overwinnen.

Kinderen met ADHD of autisme hebben er alle belang bij om een dier in hun leefwereld te integreren. ADHD- kinderen hebben zodanig veel energie dat ze het vaak moeilijk hebben om zich te focussen. Bij de zorg voor een huisdier horen een aantal specifieke taken die focus vragen en waarvoor je zo’n kind de verantwoordelijkheid kunt geven. De band die het kind met het dier ontwikkelt, bevordert het zelfvertrouwen en geeft een gevoel van rust en veiligheid. Kinderen met autisme hebben vaak last van interactie met andere mensen. Dieren blijken de verbazingwekkende capaciteit te hebben om de aandacht van kinderen met autisme te trekken en vast te houden. Ze kunnen op die manier bijdragen om de activiteiten die verband houden met ‘sensorische integratie’ (waarneming van prikkels) bij zo’n kind te stimuleren en zijn leven te vergemakkelijken. Deze activiteiten helpen kinderen bij gewenning met bepaalde zintuiglijke ervaringen: hoe het is om iets tegen je huid te voelen of hoe ze moeten reageren op bepaalde geluiden of geuren. Zowel honden als paarden werden hierbij ingeschakeld. Huisdieren kunnen ook andere kinderen helpen in hun omgang met kinderen die speciale zorg vragen. Ze kunnen helpen om bepaalde barrières overwinnen.

9. Een hond kan het leven van een chronisch zieke patiënt opfleuren (of zelfs redden).

Sommige studies tonen aan dat honden, dank zij hun opmerkelijke reukzin, signalen kunnen geven die precies wel een mirakel lijken! Zoals bv. kanker opsporen, een beroerte voorspellen of informeren rond lage bloedsuiker. Sommige honden zijn in staat om hun diabetisch baasje te alarmeren over een gevaarlijke daling van het glucosepeil in het bloed, vooraleer die zich effectief manifesteert. Zodoende krijgt het baasje voldoende tijd om een gepaste snack te eten en zijn glucosepeil weer op te krikken.

De verklaring ligt in het feit dat het dier reageert op chemische veranderingen in het lichaam die een bepaalde geur vrijgeven.
Een haarloos Mexicaans hondenras met de naam Xolo staat bekend om de intens hoge lichaamstemperatuur die het ontwikkelt. De dieren worden getraind om mensen bij te staan die lijden aan fibromyalgie en andere vormen van chronische pijn die met hitte verholpen kan worden. Het leed wordt verzacht door naast de hond te gaan liggen of de hond tegen pijnlijke ledematen aan te leggen.

Een "antiberoerte-hond" wordt speciaal opgeleid om te leven en te werken met epilepsiepatiënten. Sommige worden getraind om te blaffen en alarm te slaan bij de ouders wanneer een kind een aanval krijgt uit het gezichtsveld van de ouder (buiten of in een andere kamer). Andere gaan liggen naast een persoon die een aanval krijgt om verwonding te vermijden. En er zijn ook al inspanningen geleverd om honden te trainen die waarschuwen vooraleer de aanval gebeurt. Zo krijgt de patiënt de kans om meteen te gaan liggen of zich te verwijderen van een gevaarlijke plaats.

Speciaal getrainde honden kunnen bepaalde taken uitvoeren die Parkinson patiënten helpen om langer onafhankelijk te wonen. Zo’n hond kan gevallen voorwerpen oprapen of noodzakelijke voorwerpen halen. Ze kunnen deuren openen en dichtdoen, of lichtschakelaars aanzetten met hun poot. Ze kunnen het ook aanvoelen wanneer een Parkinson patiënt ‘verstijft’ en een voet aanraken om die persoon te helpen stappen.