nieuws
Bij een bewezen allergie voor koemelk mag uw kind geen koemelk meer gebruiken.
• Tot de leeftijd van 6 maanden verdient borstvoeding de voorkeur, waarbij ook de moeder geen koemelk drinkt en liefst ook geen eieren eet. Hierdoor neemt de kans op het ontwikkelen van andere allergieën af.
• Indien borstvoeding niet mogelijk is, moet een hypoallergene zuigelingenvoeding worden gegeven. Bij hypoallergene melkvervangers zijn de (koemelk)eiwitten gehydrolyseerd (voorverteerd). Welk type melkvervanger uw kind moet gebruiken, moet in samenspraak met de behandelende arts worden bepaald.
• Sojamelk is niet geschikt voor kinderen jonger dan negen maanden. De kans dat kinderen met een koemelkallergie in hun eerste levensjaar daardoor ook een soja-allergie ontwikkelen, is groot. Boven de leeftijd van negen maanden is sojamelk meestal wel een goed alternatief.
• Geitenmelk is geen goed alternatief. De eiwitten in geitenmelk vertonen veel overeenkomsten met de eiwitten in koemelk die bij mensen met een koemelkallergie de klachten veroorzaken. Na het gebruik van geitenmelk is de kans groot dat de antistoffen tegen koemelkeiwitten, de eiwitten uit geitenmelk herkennen als koemelkeiwitten. Hierdoor kan een allergische reactie optreden na het drinken van geitenmelk.
• Ook andere dierlijke melksoorten zoals paarden- en schapenmelk bevatten eiwitten die overeenkomen met de eiwitten in koemelk. Bij koemelkallergie worden behalve geitenmelk daarom ook andere dierlijke melksoorten ontraden.
 |
 |
