Hoe werkt een bloedtransfusie en zijn er risico’s?

In dit artikel
Hoe werkt een bloedtransfusie en zijn er risico’s?

dossier

Een bloedtransfusie is een medische routineprocedure waarbij men bloed vervangt dat verloren is gegaan na een verwonding of operatie. Ook bij de behandeling van bepaalde aandoeningen gebruikt men soms bloed van iemand anders. Bij een bloedtransfusie is er weinig kans op complicaties.

Lees ook: 20 dingen die je moet weten als je bloed wil geven

Hoe gaat een bloedtransfusie in zijn werk?

Getty_bloed_transfusie_2023.jpg

© Getty Images

Vóór de procedure

Het bloed voor een transfusie komt van een donor. Het gedoneerde bloed wordt opgesplitst in verschillende bestanddelen die men aan verschillende personen geeft. De bruikbare bestanddelen zijn: de rode bloedcellen (vervoeren zuurstof en helpen afvalstoffen verwijderen), witte bloedcellen (helpen je lichaam om infecties te bestrijden), plasma (het vloeibare deel van het bloed) en bloedplaatjes (helpen het bloed stollen).

Vóór een transfusie wordt het donorbloed op een aantal zaken getest. Men bepaalt de bloedgroep (A, B, AB of O) en rhesusfactor (positief of negatief). Het gedoneerde bloed moet compatibel zijn met je eigen bloedgroep. Ook zal men het bloed testen op antistoffen tegen bepaalde ziekten.

Tijdens de procedure

Een zorgverlener brengt het donatiebloed via een intraveneus infuus in een ader. Je kan zitten of liggen tijdens de procedure die meestal één tot vier uur duurt.
Een verpleegkundige houdt je tijdens de hele procedure in de gaten en meet je bloeddruk, temperatuur en hartslag. Licht de verpleegkundige onmiddellijk in bij symptomen als koorts, kortademigheid, rillingen, ongewone jeuk en pijn op de borst of in de rug.

Na de procedure

De verpleegkundige verwijdert de naald en het infuus. Rond de plaats van de naald kan je een blauwe plek krijgen die na een paar dagen verdwijnt. Neem contact op met je arts als je binnen een paar dagen kortademig wordt of pijn op de borst of in de rug krijgt.

Soms is er verder bloedonderzoek nodig om te zien hoe je lichaam op het donorbloed reageert. Voor sommige aandoeningen is meer dan één bloedtransfusie nodig.

Lees ook: Rhesusfaktor

Lees ook: Hepatitis A, B, C, D en E: wat is het verschil?

Wat zijn de risico’s?

Een bloedtransfusie verloopt meestal in een ziekenhuis volgens strikte protocollen. Het is namelijk van cruciaal belang dat de transfusie correct gebeurt. Maar ook bij correct uitgevoerde bloedtransfusies, is er een kleine kans op complicaties:

  • Er kan koorts of een milde allergische reactie optreden (jeuk, huiduitslag). In uitzonderlijke gevallen is de allergische reactie levensbedreigend. 
  • Als er een transfusie is geweest met bloed van een verkeerde bloedgroep, zullen de antistoffen van de ontvanger de rode bloedcellen afbreken (acute hemolyse). In dat geval zal de ontvanger symptomen krijgen zoals koorts, lage bloeddruk, pijn in de borst en onderrug, ademnood en bruinrode urine. Hemolyse kan ook vertraagd optreden. Dat betekent dat de antistoffen de nieuwe rode bloedcellen pas na één tot vier weken beginnen af te breken. De ontvanger zal een verkleuring in zijn urine merken, bloedarmoede of geelzucht krijgen. 
  • In zeer zeldzame gevallen kan gedoneerd bloed bacteriën, virussen of parasieten bevatten die infecties zoals HIV of hepatitis B of C kunnen veroorzaken. Door de strenge controles van het donorbloed is dat risico echter zeer klein.

Lees ook: Plasma geven, hoe gaat dat in zijn werk?

Lees ook: Pijn op de borst: wanneer denken aan angor (angina pectoris) of hartinfarct?

Bronnen:
https://www.gezondheidenwetenschap.be
https://www.azstlucas.be
https://www.medicalnewstoday.com

auteur: Sara Claessens, gezondheidsjournalist
Laatst bijgewerkt: januari 2023

Artikels over gezondheid in je mailbox? Schrijf je in op onze nieuwsbrief en ontvang een gratis e-book met gezonde ontbijtrecepten.

eenvoudig terug uit te schrijven
Wij verwerken jouw persoonsgegevens conform het Privacy-beleid van Roularta Media Group NV.
volgopfacebook

volgopinstagram