Nieuwe dieet-app bij prikkelbare darm werkt beter dan medicatie
nieuws
Uit onderzoek van het UZ Leuven blijkt dat patiënten met het
prikkelbaredarmsyndroom ook prima geholpen worden met een dieet-app, beter zelfs nog dan met de klassieke medicatie voor het syndroom. De app zal beschikbaar zijn via de huisarts.
Het prikkelbaredarmsyndroom (PDS) is een van de meest voorkomende aandoeningen in België.
Klachten zijn onder meer chronische buikpijn en een veranderd stoelgangpatroon. De ziekte kan mensen danig beperken in hun sociaal leven en vermindert ook de levenskwaliteit. Hoewel de
oorzaak niet goed gekend is, spelen waarschijnlijk verschillende factoren mee zoals ontstekingen, overgevoeligheid van de darmen of voor voedingssuikers, of
stress en spanning.
Lees ook: Prikkelbare darm syndroom (PDS): wat kan je zelf doen?
De Leuvense studie
Een studie van UZ Leuven volgde 470 patiënten die voor de eerste keer naar de huisarts gingen met symptomen van het prikkelbaredarmsyndroom. De helft van de patiënten kreeg een behandeling in de vorm van een vereenvoudigd laag-
fodmapdieet, dat bepaalde voedingsgroepen afbouwt of uitsluit. Dat dieet konden ze volgen via een app, ontwikkeld door de diëtisten van UZ Leuven. De andere helft van de patiënten kreeg een behandeling met de klassieke geneesmiddelen voor het prikkelbaredarmsyndroom, de zogenaamde spasmolytica.
Na een eerste opvolgbezoek bij de huisarts, 8 weken later, bleek dat zowel het dieet als de medicatie goede resultaten gaven. Maar het dieet scoorde beter dan de geneesmiddelen: met medicatie zag 62 procent van de mensen na 8 weken de symptomen verminderen of verdwijnen, met het dieet was dat 71 procent. Na 6 maanden bleken bijna alle patiënten gemotiveerd om de behandeling verder te zetten, zowel met de medicatie (82 procent) als met het dieet (91 procent).
Laag-fodmapdieet
Wetenschappelijke literatuur toonde al aan dat een laag-fodmapdieet met minder vocht-aantrekkende of fermenteerbare voedingsstoffen klachten bij het prikkelbaredarmsyndroom kunnen verminderen. Wie het dieet volgt, verwijdert gedurende zes weken zes grote voedingstypes uit zijn eetpatroon, waaronder fructanen, polyolen, fructose of
lactose. Deze fodmap-koolhydraten kunnen namelijk gisten in je darm, waardoor je buikpijn of een opgeblazen gevoel ervaart. Na zes weken bekijkt de diëtist of de symptomen beter zijn. In dat geval mag je telkens één voedingsgroep weer introduceren en kijkt men welk effect dat heeft. De voordelen van het dieet liggen voor de hand: de kostprijs is laag en er zijn geen vervelende bijwerkingen. Anderzijds is het laag-fodmapdieet een intens en tijdrovend proces, waarvoor een ervaren dieetdeskundige nodig is.
Lees ook: Helpt het FODMAP-dieet bij prikkelbaredarmsyndroom?
Hoe werkt de app?
De nieuwe app die de diëtisten van UZ Leuven ontwikkelden, werkt met een vereenvoudigd fodmap-verlagend dieet. In de app vind je duidelijke lijsten die zeggen wat wel en niet mag. Er staan ook menu’s opgelijst met vervangproducten en telkens een 40-tal ontbijten, lunches, avondmalen, desserts en tussendoortjes.
Prof. dr. Jan Tack, gastro-enteroloog in UZ Leuven verklaart het succes van de app: “Het laag-fodmapdieet bestaat al langer bij gespecialiseerde diëtisten, maar was niet toegankelijk voor een breed publiek. We maakten een app die zo eenvoudig is dat iedereen hem zonder uitleg kan gebruiken. Bijna alle patiënten die het dieet volgden in het kader van de studie, bleven het ook na afloop van de studie gebruiken.” Volgens de professor betekent dat evenwel niet dat de app voor iedereen even goed werkt. “Wie een druk internationaal leven leidt of vaak op restaurant eet, is vermoedelijk beter af met de medicatie. En patiënten met ernstige en langdurige klachten van het prikkelbaredarmsyndroom blijven we natuurlijk doorverwijzen naar gespecialiseerde diëtisten die hen kunnen begeleiden bij de uitgebreidere versie van het laag-fodmapdieet.”
Bronnen:
Laatst bijgewerkt: maart 2021
Artikels over gezondheid in je mailbox? Schrijf je in op onze nieuwsbrief en ontvang een gratis e-book met gezonde ontbijtrecepten.