Tijdige opsporing en behandeling voorkamerfibrillatie kan in België 6 beroertes per dag vermijden
nieuws
Voorkamerfibrillatie (VKF) is een hartritmestoornis waarbij het hart op hol slaat en zeer onregelmatig begint te kloppen. Dit verhoogt het risico op hartfalen en op de vorming van bloedklonters die een trombose of een beroerte (cerebrovasculair accident, CVA) kunnen veroorzaken.
VKF is de meest voorkomende hartritmestoornis en wordt frequenter met het ouder worden: vanaf 40 jaar heeft men 1 kans op 4 om ooit voorkamerfibrillatie te krijgen. Ongeveer 1 op 15 volwassenen ouder dan 65 jaar en 1 op 10 volwassenen ouder dan 80 jaar hebben te maken met deze stoornis.
Het aantal patiënten met voorkamerfibrillatie in België wordt geschat op 150.000 en dat cijfer zal tegen 2050 waarschijnlijk verdubbelen.
Onbehandelde VKF vormt bovendien een van de grootste oorzaken voor een beroerte of trombose, met mogelijk een dramatische afloop: 1 op 5 beroertes is te wijten aan VKF; van het totaal aantal beroertes per jaar in België, kunnen er meer dan 2.000 vermeden worden door een tijdige behandeling van deze hartkwaal. Dat staat gelijk aan ongeveer 6 beroertes per dag.
Tijdens een episode van VKF slaat het hart sneller en onregelmatig, wat zorgt voor een slechte bloedcirculatie in de voorkamers van het hart, hetgeen het risico op bloedklonters met 5 vermenigvuldigt. Deze bloedklonters kunnen vervolgens in de bloedbaan terechtkomen en zo een beroerte of trombose veroorzaken. Helaas sterft na een beroerte bijna 50% van de gevallen binnen het jaar, en blijft 30% hulpbehoevend met een sterke afhankelijkheid van familie en vrienden. Bovendien volgen hierdoor dikwijls nog depressieve klachten.
Onbehandelde VKF brengt naast de levensbedreigende verwikkelingen, ook andere ernstige sociale en gezondheidsproblemen met zich mee. Nochtans bestaan er adequate behandelingen voor deze sluipende ziekte, die de symptomen verminderden en vooral de desastreuze gevolgen voorkomen. Een tijdige screening en diagnose is daarbij letterlijk van levensbelang. Bij 1 op 3 mensen geeft VKF helaas geen klachten en wordt de aandoening soms te laat ontdekt. Het opmeten van de elektrische hartactiviteit met een hartfilmpje of elektrocardiogram (ECG) is het beste onderzoek, maar het betreft slechts een momentopname. Gezien VKF bij sommigen slechts af en toe opkomt, is het nuttig om het hartritme zelf te leren controleren door het nemen van de polsslag.
Lees ook: Aangeboren hartafwijkingen