De VUB en UZ Brussel hebben een patiëntvriendelijker alternatief ontwikkeld voor in-vitrofertilisatie (IVF): CAPA-IVM. Deze nieuwe techniek elimineert de zware neveneffecten van een hormonenbehandeling en is een stuk goedkoper. Twee Belgische baby’s werden al geboren via CAPA-IVM.

Een vrouw die niet op natuurlijke wijze zwanger kan worden, kan kiezen voor een vruchtbaarheidsbehandeling. Met in-vitrofertilisatie gebeurt de bevruchting buiten het lichaam. Via een intensieve hormonenbehandeling gaat men de eierstokken stimuleren, zodat eicellen kunnen rijpen. Nadien haalt men ze met een naald uit de eierstok. 

Aan zo een hormonenbehandeling zijn veel complicaties verbonden: overgevoeligheid, een opgeblazen gevoel, pijn, misselijkheid en neerslachtige gevoelens. Drie tot acht procent van de vrouwen moet zelfs in het ziekenhuis worden opgenomen. Als je in rekening neemt dat een vrouw gemiddeld twee tot drie behandelingen nodig heeft om zwanger te worden, met telkens gemiddeld tien dagen hormonen inspuiten, heb je wel een beeld van de draagwijdte van dat proces.

Bij de CAPA-IVM-methode is er geen of nauwelijks nood aan een hormonenbehandeling. Het verschil met IVF bestaat er namelijk in dat men de eicel niet in het lichaam laat rijpen, maar men haalt een onrijpe eicel uit het lichaam en laat die in het labo “uitrijpen”. Stimulatie door hormonen is daardoor niet nodig. 

Dat maakt dat het hele proces van een behandeling met een week wordt ingekort. Ook is er minder opvolging nodig in het ziekenhuis. Een vrouw moet geen tien dagen hormonen injecteren bij zichzelf, en dus is er ook minder monitoring nodig met echo’s.

De nieuwe methode is bovendien goedkoper. De hormonenbehandeling binnen het klassieke IVF-traject kost al gauw 1.000 à 2.000. In België worden IVF-behandelingen een aantal keer terugbetaald, maar in het buitenland is dat niet overal zo. Deze zware kost valt bij CAPA-IVM dus weg.

Ten slotte kan de nieuwe techniek ingang vinden bij een breder publiek. Vrouwen die geen hormonenbehandeling kunnen ondergaan, bijvoorbeeld omdat ze kanker hebben gehad, komen op die manier misschien wel in aanmerking voor een vruchtbaarheidsbehandeling.

In totaal werden al 96 gezonde baby’s via de CAPA-IVM-methode geboren, waarvan 2 in België. De techniek valt dus niet meer experimenteel te noemen, maar er is wel nog verfijning nodig. Momenteel geraakt 35 procent van de vrouwen bij een eerste poging zwanger, in tegenstelling tot 45 procent die een IVF-behandeling ondergaat.

Het is de bedoeling om artsen breed op te leiden. Om CAPA-IVM bij de patiënt te brengen, hebben de onderzoekers Lavima Fertility opgericht, een spin-offbedrijf van de universiteit in Brussel en het universitair ziekenhuis Brussel. 

Momenteel kan men zich voor deze nieuwe methode enkel nog maar aanmelden in het UZ in Brussel. Een vrouw kan daar kiezen voor de nieuwe technologie met "informed consent": een schriftelijk formulier waarop de patiënt instemt met de nieuwe behandeling.