Zoutgehalte in vleesvervangers varieert sterk

nieuws Eet u wel eens vleesvervangers, zoals vegetarische burgers? Dan doet u er goed aan om op het etiket het zoutgehalte te vergelijken. Uit onderzoek blijkt namelijk dat het zoutgehalte in vleesvervangers sterk varieert en dat het even hoog is als in vergelijkbare vleesproducten. Dat komt naar voren uit een rapport van de Nederlandse Voedings- en Warenautoriteit NVWA. U kunt het beste kiezen voor producten met het minste zout.

De NVWA vergeleek het zoutgehalte van 118 voorverpakte vleesvervangers uit 9 verschillende supermarkten, waaronder vegetarische hamburgers, spekblokjes, gehakt, schnitzels, maar bijvoorbeeld ook kaas- en groenteschijven. De grootste variaties in zoutgehalte kwamen voor bij vegetarische roerbakblokjes en vegetarische burgers. Daar troffen de onderzoekers zowel hoge als lage zoutgehaltes aan.
Het zoutgehalte bij de meeste vleesvervangers ligt over het algemeen net zo hoog als bij gewone vleesproducten zoals gehaktballen of schnitzels. Dat varieert gemiddeld tussen 1 en 3 gram per 100 gram. Maar er zijn wel uitschieters. Van de onderzochte vleesvervangers bevatten vegetarische spekblokjes het meeste zout per 100 gram. In een soort werd 4,8 gram zout gemeten. Dat is 2 keer zoveel als het hoogste zoutgehalte gemeten in gewone worst of een gehaktbal.

Overzicht van de resultaten (per 100 gram)

Vleesvervanger

gram zout

Vlees

gram zout

Vegetarische schnitzel

1,3 tot 2,4

Schnitzel

1,0 tot 2,3

Vegetarische burger

0,6 tot 2,5

Hamburger

1,1 tot 2,0

Vegetarisch gehakt

1,1 tot 2,6

Gehakt

1,1 tot 2,5

Vegetarische bal en worst

1,0 tot 2,6

Bal en worst

1,3 tot 2,4

Vegetarische roerbakreepjes

0,5 tot 3,0

Roerbakreepjes

0,9 tot 1,3

Vegetarische spekblokjes

2,1 tot 4,8

Spekblokjes

niet gemeten

Te veel aan zout
Een volwassene zou volgens de richtlijnen dagelijks niet meer dan 6 gram zout binnen moeten krijgen, maar minder is beter.
Gemiddeld zit 80% van het zout dat we binnenkrijgen in het eten en drinken dat we kopen in de winkel of in de horeca. De overige 20% van het zout voegen we toe bij het koken of aan tafel. Het loont dus om te letten op het zoutgehalte van producten, als je in de supermarkt staat. Door minder zout te eten, verklein je het risico op ziektes. Een teveel aan zout verhoogt namelijk het risico op een verhoogde bloeddruk, hart- en vaatziekten en nierziekten.

Laatst bijgewerkt: januari 2015

Delen Whatsapp Tweet Mail