Waarom stellen mensen doktersbezoek uit?
nieuws
Het Nederlandse NIVEL heeft onderzoek verricht naar de aard en omvang van het mijden van zorg, het achterhalen van redenen voor het mijden van zorg.
• Vijftien procent van de mensen heeft in de 12 maanden voorafgaand aan de vragenlijst afgezien van een bezoek aan de huisarts.
Uit vragenlijstonderzoek onder 2.424 mensen blijkt dat het totale percentage mensen dat afziet van een bezoek aan de huisarts 15% is. Meer dan de helft (53%) van hen doet dat omdat ze denken dat de klacht vanzelf overgaat. Ongeveer 20% vond de klacht niet ernstig genoeg/had er niet echt last van. Ook ongeveer één vijfde (22%) wilde het probleem zelf oplossen en ook ongeveer één vijfde (21%) zag op tegen (eventuele) (vervolg)kosten. Een analyse van het gemiddeld aantal huisartsenbezoeken per jaar geeft geen aanwijzingen dat in de periode 2008 t/m 2014 bepaalde groepen vaker hebben afgezien van een bezoek aan de huisarts.
• Drie procent van de mensen ziet af van een bezoek aan de huisarts vanwege financiële redenen. Dit percentage neemt niet toe door de jaren heen. Het zijn vooral jongeren (18-39 jaar) en mensen met lagere inkomens.
Uit het vragenlijstonderzoek blijkt dat ongeveer 3% van de mensen afziet van een bezoek aan de huisarts vanwege financiële redenen. Dit percentage is in 2015 niet hoger dan in 2009 en 2012. Jong volwassenen (18-39 jaar) en mensen met lagere inkomens zien vaker af van een bezoek aan de huisarts vanwege financiële redenen dan mensen van 40 jaar en ouder en mensen met hogere inkomens.
• Het percentage mensen dat een verwijzing niet opvolgt stijgt sinds 2010.
Het blijkt dat het percentage patiënten dat verwijzing naar een specialist niet binnen een half jaar opvolgt stijgt met de jaren. In 2008 en 2009 was dit percentage mijders van vervolgzorg relatief constant op 18-20%, in 2011 steeg het naar 23% en in 2012 en 2013 naar respectievelijk 26% en 27%. Hoe het komt dat het percentage patiënten dat een verwijzing niet opvolgt al langere tijd rond de 20% lag is onbekend.
• Het percentage mensen dat geneesmiddelen niet ophaalt is gedaald tussen 2008 en 2010. Van 2011 naar 2012 steeg het percentage en sindsdien is het vrijwel constant.
Het blijkt dat het percentage patiënten dat de geneesmiddelen niet binnen zeven dagen ophaalt vrijwel constant was in 2010 (24%) en 2011 (24%). Van 2011 naar 2012 steeg het percentage zorgmijders van 24% naar 28% en sindsdien is het weer vrijwel constant (28% in 2013 en 29% in 2014). Hoe het komt dat het percentage patiënten dat voorgeschreven geneesmiddelen niet ophaalt hoger was in 2008 (34%) en 2009 (35%) dan daarna is niet bekend.
• Jongvolwassenen (18-39 jaar) zien vaker af van vervolgzorg dan andere leeftijdsgroepen. Mensen die in achterstandswijken wonen, halen vaker hun voorgeschreven geneesmiddelen niet op dan mensen in andere wijken.
Mensen van 18-39 jaar mijden vaker dan andere leeftijdsgroepen vervolgzorg. Vrouwen halen vaker hun voorgeschreven geneesmiddelen niet op dan mannen. Van de patiënten die in een achterstandswijk wonen en een recept hebben gekregen, haalt een groter deel hun geneesmiddelen niet op dan patiënten uit overige wijken. Patiënten met (meer) chronische aandoeningen volgen vaker dan patiënten zonder chronische aandoeningen een verwijzing naar de medisch specialist niet op. Daarentegen halen zij juist vaker hun geneesmiddelen wel op dan mensen zonder chronische aandoeningen.
Bepaalde kwetsbare groepen ontbreken in het vragenlijstonderzoek. Dit betekent dat het gevonden percentage mensen dat huisartsenzorg mijdt, een onderschatting kan zijn.