Weetjes over kaas
dossier Belgen houden van kaas. Het is een ideale smaakmaker bij verschillende soorten brood maar ook in slaatjes en ovengerechten. Kaas gaat ook goed samen met vijgen, olijven, noten, druiven en stukjes peer en appel.
De doorsnee Belg koopt zo'n 16 kg kaas per jaar, goed voor een gemiddelde portie van 44 g per dag (*). Hij evenaart hiermee het verbruik van de Nederlander. De Fransman is de Europese koploper met 25 kg kaas per jaar. De Griek volgt met 24 kg kaas per jaar. De Brit bengelt aan de staart met 10 kg kaas per jaar.
• Kaas is een goede bron van eiwitten, calcium en verschillende vitaminen. Dit zijn belangrijke voedingsstoffen voor onder meer de opbouw en het onderhoud van de botten en het gebit. De voedingsdriehoek beveelt gemiddeld één tot twee sneetjes kaas per dag aan. Magere soorten krijgen de voorkeur omdat zij minder vet en verzadigde vetten bevatten. Het vetgehalte kan sterk variëren tussen verschillende soorten kaas. Idem voor zout. Het etiket kan duidelijkheid brengen.
Lees ook: De Voedingsdriehoek: de basis van elk voedingsadvies
Lees ook: Wat vertelt het etiket ?
• Het vetgehalte van kaas wordt meestal aangeduid met een cijfer en een plusteken: bijvoorbeeld 48+, 30+, 20+. Dat betekent dat het percentage vet aangeduid wordt per 100 g droge stof en niet per 100 g kaas. Deel je het cijfer voor het plusteken door twee, dan bekom je voor de meeste kazen bij benadering de hoeveelheid vet voor 100 g kaas want kaas bevat gemiddeld 40 tot 50 % water. Uitzonderingen zijn cottage cheese, plattekaas en smeerkaas die meer vocht en minder droge stof bevatten. Kazen tot 20+ zijn mager, kazen van 20+ tot 40+ zijn light.
Magere en halfvolle plattekaas en cottage cheese behoren tot de verse kaassoorten. Zij zijn zacht van smaak en bevatten weinig vet (respectievelijk 1,6 g, 4 g en 4,6 g vet per 100 g kaas). Breng plattekaas bij voorkeur op smaak met verse kruiden of vers fruit in plaats van met suiker.
• Het idee 'het is magere kaas dus mag ik een dubbele portie' gaat niet op. Hou je aan de gemiddelde aanbevolen hoeveelheden. Anders gaat het gezondheidsvoordeel van magere kaas verloren. Van steeds meer kaassoorten is er ook een magere en even lekkere variant op de markt.
Een sneetje kaas van 20 g levert ongeveer evenveel calcium als een glas melk. Maar ook meer vet. Vandaar het belang te variëren in calciumbronnen en de aanbevolen drie tot vier glazen melk of melkproduct zoals yoghurt niet zomaar te vervangen door kaas.
Lees ook: Het belang van calcium bij de preventie van osteoporose
• Kaas eten beschermt de tanden tegen cariës . Zowel de eiwitten aanwezig in kaas als calcium zouden hierin een rol spelen. Een stukje kaas na de maaltijd is dus nog niet zo slecht bedacht door de Fransen. Dit mag echter geen reden zijn om extra kaas te gebruiken. Pas het in je voedingspatroon in om te vermijden dat je totale vetinname te hoog wordt en weet dat kaas eten het dagelijkse poetsen van de tanden zeker niet kan vervangen.
• Kaas met gaten ontstaat door gasvorming in de kaas onder invloed van specifieke melkzuurbacteriën die ook voor de lekkere smaak en het typische aroma van kaas zorgen.
• Hoewel België vroeger niet de naam had een kaasland te zijn, hebben de Belgische kaasproducenten in sneltempo hun achterstand ingehaald. Er is volop variatie in vorm en kleur. De Belgische kazen hebben bovendien een goede reputatie opgebouwd. Het imago van de Belgische kazen situeert zich tussen het alledaagse van de Hollandse en het meer elitaire van de Franse kazen. Voor meer info over Belgische kazen, surf naar