Overlevingskansen kanker afhankelijk van gezondheidsbudget overheid
nieuws
Hoe meer een land besteedt aan gezondheidszorg, hoe meer kanker er voor komt, maar hoe hoger de overlevingskansen bij kanker. Dat blijkt uit een studie van het Brusselse Bordet Instituut in 27 EU-landen, gepubliceerd in het medische tijdschrift Annals of Oncology.
De onderzoekers vergeleken het bruto nationaal product (BNP), het percentage daarvan dat geïnvesteerd wordt in gezondheidszorg en de gezondheidsuitgaven per inwoner per jaar van de 27 EU-lidstaten. Die gegevens koppelden ze aan gegevens over kanker: de incidentie (=het aantal nieuwe gevallen per tijdseenheid, per aantal van de bevolking) van kanker en borstkanker en de sterftecijfers. Dit leidt tot een aantal verrassende vaststellingen.
• Hoe hoger het BNP en hoe hoger de overheidsuitgaven voor gezondheid, hoe hoger de incidentie van alle kankers en van borstkanker.
• Hoe hoger het BNP en hoe hoger de overheidsuitgaven voor gezondheid, hoe kleiner de kans om te overlijden ten gevolge van kanker. Bij borstkanker was die relatie minder sterk.
• Hoe hoger het BNP en hoe hoger de overheidsuitgaven voor gezondheid, hoe beter de verhouding tussen kankerincidentie en kankersterfte. Of met andere woorden hoe groter de overlevingskans. Dit geldt voor alle kankers, ook voor borstkanker.
De auteurs vermoeden dat de hogere kankerincidentie in de rijkere West-Europa in vergelijking met de armere Oost-Europese landen vooral te maken heeft met, enerzijds meer risicofactoren, zoals lifestylefactoren (roken, dieet, alcoholgebruik) en omgevingsfactoren (zoals blootstelling aan kankerverwekkende stoffen).
En anderzijds met een betere screening en opsporing, waardoor meer kankers sneller opgespoord worden. Dat zou ook de betere overlevingskansen kunnen verklaren, vermits de kankers in een vroeger stadium worden vastgesteld en dus beter kunnen behandeld worden. Bovendien hebben de rijkere West-Europese landen meer toegang tot geavanceerde en vaak dure behandelingsmethoden.