Overgewicht neemt meer toe op platteland dan in stad

Het alom bekende stigma is dat verstedelijking leidt tot meer overgewicht. Daar heb je per slot van rekening gemakkelijk toegang tot allerlei vet- en suikerrijk voedsel, terwijl mensen op het platteland vaak aangewezen zijn op hun eigen voedselproductie. Nieuw onderzoek laat echter zien dat juist mensen op het platteland sneller aankomen.

De onderzoekers analyseerden de lengte en het gewicht van 112 miljoen volwassenen tussen 1985 en 2017. Lengte en gewicht kunnen worden gebruikt om het BMI te berekenen; een schaal die ons vertelt of een persoon een gezond gewicht heeft voor zijn lengte. De onderzochte mensen waren afkomstig uit zeker 200 landen en woonden zowel in steden als op het platteland.

Uit de bevindingen blijkt dat het BMI tussen 1985 en 2017 wereldwijd is gestegen. Gemiddeld gezien is elk persoon zo’n zes kilo aangekomen. Maar opvallend genoeg vond meer dan de helft van die wereldwijde stijging plaats op het platteland. In sommige lage- en middeninkomenslanden nam dit maar liefst toe met 80 procent. Het betekent dus dat juist mensen die op het platteland wonen dikker zijn dan mensen uit de stad. Maar hoe zit dat precies?

De stedelijke levensstijl is dus helemaal zo ongezond nog niet. “Discussies rond de volksgezondheid zijn meestal gericht op de negatieve aspecten van het leven in de stad,” zegt onderzoeksleider Majid Ezzati. “Maar eigenlijk bieden steden een schat aan mogelijkheden voor gezondere voeding, meer lichaamsbeweging en andere middelen voor een algehele verbeterde gezondheid. Deze dingen zijn vaak op het platteland moeilijker te vinden.” Bewoners van het platteland moeten het dus vaker stellen met minder recreatieve-, en sportfaciliteiten. Daarnaast hebben mensen die buiten de stad wonen vaker lagere inkomens en zijn gezonde producten in beperkte hoeveelheden aanwezig. Ook zijn deze vaak duurder. “Naarmate de welvaart in landen toeneemt, verandert de uitdaging voor de mensen op het platteland van het bieden van voldoende voedsel, tot het bieden van voedsel van goede kwaliteit,” voegt Ezzati toe.

Een opvallende uitzondering op de wereldwijde trend is Sub-Sahara-Afrika. Hier blijken vrouwen uit de stad juist sneller aan te komen. Mogelijk heeft dit te maken met een toename aan zittend werk, zoals kantoorbanen. Daarnaast hebben ze minder fysiek huishoudelijke taken dan de vrouwen die in Afrika op het platteland wonen en vaak nog water moeten halen of brandhout verzamelen. Bovendien is er in Afrikaanse steden betere toegang tot verwerkt voedsel.