Wil je afvallen? Zet de thermostaat iets lager

Wil je afvallen? Zet dan de thermostaat een paar graadjes lager, adviseren onderzoekers van Maastricht UMC+. Want als je het koud hebt, moet je lichaam meer energie verbranden om warm te blijven. Uit experimenten is gebleken dat mensen vrij gemakkelijk wennen aan een lagere omgevingstemperatuur. Na enige training voelt de lagere omgevingstemperatuur net zo comfortabel aan, terwijl het lichaam meer calorieën verbrandt.

Als je het koud hebt, produceert je lichaam bruin vet. In tegenstelling tot wit lichaamsvet, dat vet waar mensen met overgewicht te veel van hebben, heeft bruin lichaamsvet belangrijke functies. Het houdt het lichaam warm en verbrandt energie als we het koud hebben.

'Lekker de verwarming aan' zou er wel eens kunnen toe bijdragen dat we steeds dikker worden. Doordat het tegenwoordig overal comfortabel warm is, hoeven onze lichamen geen extra calorieën meer te verbranden om warm te blijven. We gebruiken dus geen lichaamsenergie meer om onze temperatuur te regelen en dat betekent dat onze energiebalans verschuift van energie verbranden naar energie opslaan. Daardoor worden we dikker. Een temperatuur van 19 °C is eigenlijk genoeg voor ons lichaam. Bij die temperatuur gebruiken we ongeveer 6 procent meer energie om op temperatuur te blijven en dat merk je op de lange termijn. Vooral natuurlijk als je het combineert met lichaamsbeweging en een aanpassing in je voedingspatroon.

Slanke mensen hebben relatief meer van dat goede bruin vet dan dikkere mensen. Maar Maastrichtse onderzoekers hebben ontdekt dat mensen met overgewicht of obesitas bruin vet aanmaken als ze flink afvallen, bijvoorbeeld na een maagbandoperatie. Dat is goed nieuws: als de productie van bruin vet gestimuleerd kan worden, bijvoorbeeld met behulp van een pilletje, betekent dit een sprong voorwaarts in het zoeken naar oplossingen voor het wereldwijde obesitasprobleem. 

Thermostaat een graadje lager is dus goed voor energierekening én gewicht!