Gerelateerde artikels
Wat is de oorzaak van snurken bij vrouwen en wat kan je doen?
In dit artikel
Wat is de oorzaak van snurken bij vrouwen en wat kan je doen?
dossier
Snurken ziet men vooral als een mannenprobleem, en niet zonder reden: snurken komt twee keer zo vaak voor bij mannen als bij vrouwen. Snurken heeft verschillende – vaak biologische – oorzaken, bij beide geslachten. Toch blijkt snurken bij vrouwen een groter taboe te zijn. Miche De Meyer, dokter in het Gentse Jan Palfijn-ziekenhuis, is gespecialiseerd in Mond-, Kaak- en Aangezichtsheelkunde en deed onderzoek naar snurken. Ze onderstreept dat het probleem bespreekbaar moet worden gemaakt: “Snurken kan erg belastend zijn voor je relatie en je gezondheid.”
Lees ook: Snurken: oorzaken en behandelingen
Wat is de oorzaak van snurken?
Snurken heeft verschillende fysiologische oorzaken die gemeenschappelijk hebben dat ze een obstructie in de bovenste luchtweg creëren ter hoogte van de neus- en keeldoorgang. Meestal is er een vernauwing van de neus zoals, gezwollen neusslijmvlies bij verkoudheden. Ook de positie van de huig en epiglottis (strotklepje) bij het slapen speelt een rol.
Als je veel vetopstapeling onder de kin hebt, slappe spieren of een verslapt verhemelte, huig en/of epiglottis, kan de bovenste luchtweg nauwer worden, waardoor je mogelijks snurkt.
Lees ook: De link tussen snurken en type 2 diabetes
Snurkende mannen vs snurkende vrouwen
Mannen hebben vanuit biologisch oogpunt meer kans om te snurken dan vrouwen. De bovenste luchtweg is namelijk langer. Als de spieren van de bovenste luchtweg langer zijn, betekent dat ook dat ze meer onderhevig zijn aan verslapping. Dat is volgens Dr. De Meyer een antropologisch gegeven.
Daarnaast lijden mannen vaker aan obesitas. En als je zwaarder wordt, zal zich meer vet ophopen rond de nek. Dat zorgt ervoor dat de luchtpassage gedeeltelijk wordt geblokkeerd, waardoor je meer kans hebt op snurken.
Naast de biologische factoren, is er nog een andere reden waarom snurken veelal als een mannenkwestie wordt gezien. Volgens Dr. De Meyer houden vrouwen dit probleem meer in de taboesfeer, terwijl het net zeer belangrijk is actie te ondernemen. Snurken kan namelijk ook psychische klachten geven: “Als je niet doorslaapt, zal je vermoeid geraken, wat zich op mentaal vlak kan manifesteren.”
Ook is er volgens De Meyer een verschil tussen het snurkgeluid en de beleving van het snurken. Ze licht toe: “Vrouwen die snurken, zullen sneller initiatief nemen om aan de alarmbel te trekken, en om er op gezondheidsvlak iets aan te doen.”
Volgens Dr. De Meyer is snurken niet onschuldig: “Het is belangrijk dat men snurken uit de taboesfeer haalt, zodat er een juiste diagnose kan worden gesteld”. De eerste stap is je huisarts raadplegen. Hij zal je verder doorverwijzen naar een specialist, zodat men uiteindelijk een slaapstudie kan uitvoeren en een medische oorzaak kan bepalen.
Lees ook: Waarom hebben zoveel midlifers, en vooral vrouwen, last van slaapproblemen?
Tips tegen snurken
- Als de oorzaak slaapapneu is, bestaan er - na een diagnostische slaapstudie - verschillende behandelingsmiddelen:
- een CPAP (continuous positive airway pressure): creëert een stabiele luchtstroom, waardoor je bovenste luchtwegen openblijven tijdens het slapen, en dus niet kunnen dichtvallen of vernauwen.
- een MRA of mondapparaat (mandibulair repositieapparaat): helpt om verslapping van de spier van de bovenste luchtweg te verhinderen. “Deze spieren gaan dan opspannen wat ademstopjes en snurken kan voorkomen en/of bedwingen ”, vult De Meyer aan. - De ademstopjes en snurken die typisch zijn bij apneu – en veroorzaakt worden door vernauwing van de luchtwegen – kan je verhelpen door o.a. een positietrainer (soort riem rond het middel die kleine elektrische impulsen geeft) of tennisbal die de partner stimuleren op de zij te gaan liggen.
- In afwachting tot een correcte diagnose kan de partner oordopjes dragen. Ook kan je ervoor kiezen in een andere kamer slapen, al is dat niet bevorderlijk voor de relatie.
Lees ook: Een simpel trucje tegen snurken
Bronnen:
auteur:
Sara Claessens,
gezondheidsjournalist