Risico’s van een te lange (overdragen) zwangerschap (serotoniteit)
dossier
Een gemiddelde zwangerschap duurt veertig weken, gerekend vanaf de eerste dag van uw laatste menstruatie. Als u bevalt tussen 37 en 42 weken zwangerschap is dat op tijd (à terme). Als u 42 voltooide weken (294 dagen) of langer zwanger bent, bent u over tijd (postterme zwangerschap of serotiniteit). Dit komt overeen met de uitgerekende datum vermeerderd met 14 dagen.
Zo’n 5 tot 10% van alle zwangerschappen duren te lang. Serotiniteit bij meerlingzwangerschappen komt niet voor.
Berekening van de zwangerschapsduur • Conceptiedatum + 266 dagen. • De eerste dag van de laatste menstruatie + 280 dagen (252 dagen + cyclusduur) • Met echoscopische foetale biometrie in het eerste trimester of vroeg tweede trimester van de zwangerschap kan de werkelijke zwangerschapsduur betrouwbaar vastgesteld worden. |
Mogelijke risico’s van serotiniteit
• Verminderde placentafunctie
Daardoor krijgt de foetus steeds minder aanvoer van zuurstof en voedingsstoffen. Dit kan aanleiding geven tot groeivertraging en soms zuurstoftekort.
• Te weinig vruchtwater (oligohydramnion)
Aan het eind van de zwangerschap neemt de kans op te weinig vruchtwater toe. Als u langer zwanger bent dan veertig weken, wordt de kans op een tekort aan vruchtwater groter. Van de vrouwen die 41 weken zwanger zijn, is er bij ruim 10% een tekort aan vruchtwater. Elke week dat de zwangerschap langer duurt, wordt deze kans 25% hoger.
Lees ook: Zwangerschapsproblemen: Te weinig vruchtwater (oligohydramnion)
• Meconium in het vruchtwater
Naarmate de duur van de zwangerschap toeneemt, neemt ook de kans op meconium in het vruchtwater toe. Bij een vroeggeboorte is die kans ongeveer 5 procent, bij een normale, bij een geboorte binnen de normale termijn kan dat oplopen tot meer dan 20 procent, bij een geboorte over tijd (na 42 weken) zelfs tot 50 procent.
Meconium in het vruchtwater verhoogt de kans op infecties en op soms ernstige ademhalingsproblemen.
Lees ook: Zwangerschapsproblemen: Meconium in het vruchtwater
Extra opvolging
Om de risico’s van een te lange zwangerschap zoveel mogelijk te voorkomen en te beperken, wordt de zwangerschap extra opgevolgd. Ongeveer twee keer per week worden controles uitgevoerd.
• Een cardiotocogram (CTG) registreert de harttonen van het kind. Zo wordt de conditie van uw baby beoordeeld.
• Echoscopisch onderzoek geeft aan of de hoeveelheid vruchtwater voldoende is en wordt de foetale groei opgevolgd.
Als u tussen de controles in, merkt dat uw baby minder beweegt, meldt dit dan direct zodat er een extra controle kan worden uitgevoerd.
Afwachten of bevalling inleiden?
Het is niet onomstotelijk bewezen dat bij een ongecompliceerde eenlingzwangerschap de uitkomst verbetert wanneer de bevalling wordt ingeleid in plaats van af te wachten tot de weeën spontaan beginnen.
Als alle controles goed zijn en de zwangerschap geen andere problemen geeft (bv. een hoge bloeddruk), is het verantwoord om af te wachten tot de bevalling spontaan begint.
Volgens de ‘Richtlijn voor goede klinische praktijk bij laag risico bevallingen’ van het KCE kan de bevalling ingeleid worden vanaf 41 weken zwangerschap, zeker als de conditie van de foetus achteruitgaat (te weinig vruchtwater, hartproblemen…).
Lees ook: Inleiding van de bevalling (inductie)
De bevalling
Bij een zwangerschapsduur van 41 weken of meer, wordt aangeraden om in het ziekenhuis te bevallen. Meestal doen zich geen problemen voor en kunt u normaal en spontaan bevallen. Wel kan de bevalling trager verlopen en kan ze pijnlijker zijn.
Tijdens de bevalling worden de harttonen van de baby en de weeën met behulp van een CTG geregistreerd. Zo wordt de conditie van de baby in de gaten gehouden.