Sneller resistent voor geneesmiddel tegen borstkanker
nieuws
Patiënten met hormoongevoelig borstkanker kunnen sneller resistent worden voor het geneesmiddel tamoxifen. Dit blijkt uit Amerikaans-Nederlands onderzoek.
Uit het onderzoek blijkt met name dat het eiwit APOBEC3B mogelijk de resistentievorming tegen tamoxifen stimuleert. Dat eiwit speelt een rol bij het ontstaan van DNA-veranderingen tijdens celgroei.
Borsttumorcellen met meer DNA-veranderingen (mutaties), bevatten vaak meer APOBEC3B-eiwit dan normaal. Het eiwit wordt meestal pas actief als een cel bijvoorbeeld door een virus is geïnfecteerd. Het virus wordt dan door dit enzym uitgeschakeld.
Het is niet bekend wat ervoor zorgt dat dit enzym in bepaalde borstkankers extra actief is. Waarschijnlijk is het actief tijdens de celdeling, maar wat voor rol het daarbij speelt is nog onduidelijk.
Resistentie
Een groep Amerikaanse en Nederlandse onderzoekers heeft de rol van dit eiwit onderzocht bij patiënten met hormoongevoelige borstkanker, bij wie de tumor is teruggekeerd.
Deze patiënten hebben veel oestrogeen receptoren op de tumorcellen. Daardoor zijn ze extra gevoelig voor het hormoon oestrogeen, dat van nature aanwezig is in het vrouwelijk lichaam. Oestrogeen stimuleert de groei en deling van deze cellen en jaagt zo dus de tumorvorming aan. Door de receptoren op die cellen te blokkeren, bijvoorbeeld met tamoxifen, kan de tumorvorming worden geremd.
Bij patiënten die slecht reageren op een tamoxifenbehandeling werden vaak hogere concentraties van dit eiwit gevonden. Daarom werd de rol van dit eiwit onderzocht.
Het onderzoek richtte zich in de eerste instantie op onderzoek naar borstkankercellen in muizen. Verhoging of verlaging van de hoeveelheid van het eiwit in borstkankercellen had geen effect op de celgroei. Wel zagen ze dat de tumorcellen minder lang gevoelig bleven voor tamoxifen als de hoeveelheid van het eiwit werd verhoogd.
Remmen
Het vervolgonderzoek bij bijna driehonderd patiënten met hormoongevoelig borstkanker toonde aan dat de tamoxifenbehandeling veel eerder faalde bij de vrouwen met de hoogste concentraties van het bewuste eiwit. Bij hen begon de tumorgroei weer na gemiddeld 7,5 maanden. Bij de patiënten met de laagste concentratie was dat pas na ruim 13 maanden.
Verder onderzoek moet uitwijzen hoe het APOBEC3B-eiwit de ongevoeligheid voor tamoxifen veroorzaakt en hoe we dit proces kunnen remmen. Die informatie is een belangrijke stap in een betere behandeling voor patiënten met hormoongevoelige tumoren.
http://www.erasmusmc.nl/corp_home/corp_news-center/2016/2016-01/sneller.resistent.geneesmiddel/
http://nieuws.radboudumc.nl/eiwit-lijkt-resistentie-tegen-tamoxifen-bij-borstkanker-te-stimuleren/