Oudere vaders: meer en ernstigere DNA-mutaties

nieuws Kinderen van oude vaders hebben relatief meer mutaties in hun erfelijk materiaal dan die van jonge vaders. Bovendien zitten die afwijkingen op plaatsen in het DNA waar de gevolgen groter kunnen zijn. Dat schrijven onderzoekers van Universitair Medisch Centrum Utrecht in samenwerking met collega’s van Harvard Medical School in Boston in het wetenschappelijke tijdschrift Nature Genetics.

Al decennia lang houden genetici zich bezig met de vraag hoe genetische varianten ontstaan. Daarop is geen eenduidig antwoord te geven, maar de wetenschappers hebben nu een deel van het antwoord gevonden. Zij lazen voor hun onderzoek het volledige DNA af van ouders en kinderen van 250 Nederlandse gezinnen. De onderzoekers vonden in totaal 11.020 nieuw ontstane mutaties in het DNA van de kinderen van de 250 families. Oudere vaders krijgen kinderen met meer mutaties; gemiddeld zo’n een à twee mutaties meer per toenemend jaar in leeftijd van de vader. En niet alleen het aantal mutaties neemt toe met leeftijd; ook het type en plaats in het DNA verschilt met die van jonge vaders. Bij oudere vaders verschijnen de mutaties vaker in het zogenoemde functionele DNA, namelijk waar ook de genen liggen. Een mogelijke verklaring volgens de onderzoekers is dat het mechanisme waarop de nieuwe mutaties ontstaan, verandert met toenemende leeftijd. Hoe dat precies werkt moet nog verder uitgezocht worden. “Er is gesuggereerd dat dit fenomeen een rol zou kunnen spelen bij verschillende aandoeningen, bijvoorbeeld bij autisme,” zegt de Bakker, “maar onze bevindingen kunnen slechts voor een klein deel verklaren waarom autisme vaker voorkomt bij kinderen van oudere vaders."