nieuws
UV-straling van de zon is niet alleen gevaarlijk voor de huid, maar ook voor de ogen. UV-straling kan ernstige oogaandoeningen en veroudering van ogen veroorzaken, zelfs als de zon niet volop schijnt of als je niet in de zon staat.
Blootstelling aan overmatige UV-straling verhoogt het risico op staar (cataract) en leeftijdsgebonden maculadegeneratie (LMD). Deze netvliesaandoening is de grootste oorzaak van blijvende achteruitgang van het zicht. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie zou tot 20% van de gevallen van cataract te wijten zijn aan overdadige blootstelling aan de zon. Voor de vorming van deze oogziekte geldt, net als voor huidkanker, dat het effect optreedt na opeenstapeling van schade over een lange periode. Deze schade is pas merkbaar op latere leeftijd.
Kinderen zijn extra-kwetsbaar voor veel licht en UV-straling. Hun pupil is groter en hun ooglens bevat minder beschermend pigment dan die van volwassenen. Zonder goede bescherming kan teveel zonlicht zelfs leiden tot permanente schade aan de ogen. Hoe jonger het kind, hoe kwetsbaarder de ogen. Vooral met baby’s is het daarom oppassen geblazen. Hun gezicht dient te allen tijden in de schaduw te blijven en geadviseerd wordt om hun ogen te beschermen met een goede zonnebril en een hoedje met een brede rand. Dat beschermt echter alleen tegen directe UV-straling. Tegen indirecte UV-straling helpt een petje niet. Uv-straling weerkaatst op de grond. Op het strand onder een parasol bijvoorbeeld, zal door weerkaatsing toch 15 procent van de UV-straling doordringen. Een zonnebril heeft daarom altijd de voorkeur boven een hoedje of petje.
Een goede zonnebril is dan ook essentieel.
1. Draag in ieder geval een goede zonnebril in de zomermaanden tussen 12 uur en 15 uur, als de UV-straling het hoogst is. Op de website van het KMI kan je de UV-index raadplegen. www.meteo.be
2. UV-straling weerkaatst op zand, water en sneeuw. Op het strand, op het water en in de sneeuw moet je dus extra voorzichtig zijn.
3. De zonnebril moet 100% UV-bescherming geven. Deze aanduiding staat meestal op een sticker of in de beschrijving van de bril als 100% UV of UV400.
4. De glazen en het montuur moeten goed passen: groot genoeg om te voorkomen dat het UV-licht je ogen via de boven-, onder- of zijkant kan bereiken. De ideale zonnebril reikt van boven tot aan de wenkbrauwen en van onder tot de rand van het gezicht. Voor alle buitensporten (tennis, zeilen, skiën, golf, fietsen…) zijn er aangepaste sportbrillen.
5. De zonnebril heeft een CE-markering, gevolgd door een cijfer van 0 tot 4. Dit getal geeft de kleurintensiteit van de glazen weer ofwel de bescherming tegen verblinding. Bescherming 0 wil zeggen tot 20% absorptie van het licht en bescherming 4 wil zeggen 92-97% lichtabsorptie. Absorptie van minimaal 75% wordt aangeraden. Om hiervan verzekerd te zijn, kan je in de zomer het beste kiezen voor een zonnebril met markering CE 3. Voor uitzonderlijk fel licht zoals bijvoorbeeld voor winter- of watersport, kies je het best voor CE 4.
6. De kleur van de glazen vermindert het zichtbare licht en beschermt tegen verblinding. De kleur heeft geen effect op de UV-bescherming. Donker betekent dus niet dat je beter beschermd bent.
7. De glazen moeten optisch zuiver zijn of vrij van vertekeningen.
8. Het is geen noodzaak, maar afhankelijk van het gebruik kan het kan goed zijn om de glazen polariserend te laten zijn zodat hinderlijke schitteringen geneutraliseerd worden. Deze glazen zijn vooral nuttig voor watersporten (zoals zeilen en vissen) en wintersport, en in het autoverkeer. Ook voor mensen die een correctiebril dragen (verzienden, bijzienden...), ouderen, mensen die last hebben van hun ogen in zonlicht of mensen die een oogoperatie hebben ondergaan (refractieve chirurgie of cataract), zijn polariserende glazen nuttig.
9. De glazen zijn bij voorkeur van onbreekbaar polycarbonaat.
10. Fotochromische glazen, die hun tint aanpassen aan het licht en dus verblinding van de ogen tegengaan, zijn op zee of in de bergen niet geschikt.
11. Er bestaan speciale contactlenzen die UV afdoende tegenhouden en verblinding voorkomen. Maar ze bedekken slechts een gedeelte van het oog. De oogleden en het “wit” van het oog krijgen geen bescherming en kunnen dus beschadigd worden. Daarom is het aangeraden om zeker bij heldere zon en op het strand, op het water en in de bergen contactlenzen toch te combineren met een goede zonnebril.
 |
 |
