Behandeling van migraine kan beter
nieuws
De behandeling van migrainepatiënten is niet optimaal, zo blijkt uit onderzoek aan het Leids Universitair Medisch Centrum. Een gestructureerde aanpak die tot minder hoofdpijnklachten leidt, is echter nog niet gevonden.
Migraine is een veel voorkomende, chronische aandoening. Ongeveer acht procent van de mannen en een kwart van de vrouwen heeft tijdens zijn of haar leven een of meer migraineaanvallen. Bij een kwart van hen gaat het maandelijks om twee of meer aanvallen. Patiënten slikken medicijnen als ze een aanval krijgen, de zogeheten aanvalsmedicijnen, zoals paracetamol en triptanen. Er bestaan ook preventieve middelen die huisartsen kunnen voorschrijven bij twee of meer aanvallen per maand. Bij de helft van de patiënten leidt dit tot vermindering van de hoofdpijnklachten.
Ongeveer de helft van de mensen die in aanmerking komen voor preventieve medicijnen slikt deze niet. Uit eerder onderzoek bleek dat ongeveer de helft van deze groep dat wel wil proberen, maar dat de huisarts deze optie nooit aan hen heeft voorgelegd. De nieuwe studie ging na of een proactieve benadering vanuit huisartsen, waarbij de patiënt actief werd opgeroepen voor een raadpleging om de medicatie te bespreken, zou leiden tot een verhoogd gebruik van preventieve medicijnen en vermindering van de hoofdpijnklachten. Na een half jaar bleken inderdaad meer patiënten te zijn gestart met preventieve medicijnen, maar het effect op de hoofdpijnklachten was te klein om landelijke invoering van deze benadering te rechtvaardigen.
Veel mensen gebruiken liever geen preventieve medicijnen, bijvoorbeeld vanwege mogelijke bijwerkingen, het elke dag een pil moeten slikken of omdat ze kunnen leven met de migraine zoals die nu is.