Naar de bergen met kinderen

nieuws Met kinderen jonger dan 1 jaar is het aangeraden om niet (lang) op grote hoogte (+ 2000 m) te verblijven. omdat het lichaam nog niet voldoende is ontwikkeld en ze gevoeliger zijn voor hoogteziekte en voor de soms extreme weersomstandigheden (zoals UV-straling, koude, wind...).
Vanaf een jaar of zes kunnen de meeste kinderen mee wandelen in de bergen, zelfs voor meerdaagse trektochten. Natuurlijk moet de lengte en de moeilijkheidsgraad van de tocht aangepast worden aan de leeftijd van het kind: niet te zwaar, niet te steil. Ouders nemen op bergtocht hun kinderen niet mee, de grondregel is echter omgekeerd : de ouders gaan mee met hun kinderen.

• Trek alleen met kinderen de bergen in als u zelf voldoende ervaring hebt. De meeste ongelukken gebeuren wanneer ouders hun tochten onvoldoende voorbereiden en/of geen of te weinig bergervaring hebben.

• Zorg voor een goede uitrusting.
Kinderen zijn erg gevoelig voor koude. Wanneer ze het koud hebben, zullen ze vlugger vermoeid raken. Zorg voor optimale bescherming, vooral van hoofd, handen en voeten.
• Even belangrijk is de bescherming tegen de zon en de wind. Koop een hoge beschermingsfactor zonnebrandolie. Hoe hoger je bent, hoe meer de zon brandt.
• Neem voldoende reservekledij mee om bezwete of natte kledij te vervangen.
• Goede bergschoenen zijn zeer belangrijk, zowel voor de volwassene als voor het kind. Koop ze vooral niet te klein, anders krijg je vlugger koude voeten. Wie steunzolen draagt, draagt deze ook in zijn bergschoenen.
• Kinderen en jongeren mogen onder geen enkele omstandigheid een zware rugzak dragen.

• Plezier maken is belangrijker dan het resultaat. Zorg er voor dat er op tocht steeds iets te beleven valt, dat er voldoende afwisseling is. Een riviertje waarin we een stuwdam bouwen, bloemen bekijken op een alpenweide, dieren observeren, een beetje klimmen...

• Kleine kinderen zijn snel moe, maar ze recupereren weer erg vlug. Rust enkel als het kind er om vraagt. Tijdens de rustpauzes moet er voldoende gelegenheid zijn om te spelen. Zorg er dus voor dat je een veilige plaats kiest. Nogal wat ongevallen gebeuren rond de rust- en piknikplaatsen

• Bij het bergop gaan wordt het tempo door het kind bepaald. Daarom, maar ook om ze beter in 't oog te kunnen houden, loop je als ouder of begeleider steeds achteraan. Het spreekt vanzelf dat de kinderen niet mogen aangepord worden om het tempo op te drijven. Dit zou anders vlug tot vermindering van het uithoudingsvermogen leiden. Kinderen hebben minder energiereserve dan de volwassene, d.w.z. dat je ruim voldoende tijd moet rekenen voor de tocht.

• In het bergaf gaan ligt de situatie wel anders. Kinderen hebben de neiging om snel bergaf te lopen, wat zeer gevaarlijk is. Bovendien wordt bij snel bergaf lopen de wervelkolom en de knieën vlugger overbelast.

• Blijf altijd op de aangelegde wandelpaden.
Mocht je je van pad vergist hebben, keer dan terug langs dezelfde weg tot op het punt waar u het juiste pad verlaten hebt. Tracht nooit een kortere weg naar het juiste pad te zoeken door langs berghellingen omhoog of omlaag te gaan.

• Let bij het maken van een huttentocht goed op of de hutten niet te ver van elkaar af liggen. Er bestaan kindvriendelijke hutten, waar het gezin samen op één kamer kan slapen.

Meer info:
www.nkbv.nl/
www.bergstijgers.org