Het afgelopen jaar bezocht 7% van de volwassen Belgen een osteopaat en 2% een chiropractor, vooral voor spier –en gewrichtsklachten. Osteopaten behandelen ook huilbaby’s en baby’s met refluxproblemen
Als je na een zwempartijtje in zoet water vol staat met fel jeukende rode vlekjes en bultjes, net alsof je mazelen hebt, dan heb je waarschijnlijk zwemmersjeuk.
Scoliose is een abnormale zijdelingse kromming in de wervelkolom. Een kyfose is een overdreven kromming met een ronde rug of een bochel tot gevolg. Een holle rug of hyperlordose veel voor bij mensen met slappe buik- en rugspieren en bij mensen met overgewicht.
Vernauwing van het lendenwervelkanaal of lumbale kanaalspinose is een eerder zeldzame oorzaak van lage rugpijn. Bij een vernauwing van het halswervelkanaal (cervicale kanaalstenose) kan pijn in de nek ontstaan.
Glucosamine helpt niet tegen pijnklachten bij chronische lage rugpijn (‘lumbago’) en artrose in de rug. Dat blijkt uit onderzoek in Noorwegen gepubliceerd in het Journal of the American Medical Association.
Voor veel behandelingen van lage rugklachten die langer dan 3 maanden duren, bestaat geen bewijs dat ze werken. Dat blijkt uit een studie van onderzoekers van de universitaire ziekenhuizen van Amsterdam en Rotterdam die ruim 160 studies analyseerden.
Meer dan één Belg op vier heeft een chronisch gezondheidsprobleem. Lage rugproblemen, allergie, hoge bloeddruk en artrose zijn de belangrijkste chronische gezondheidsproblemen
Een gekneusde of verrekte knie is door een stoot, val of een ongelukkige beweging beschadigd. Maar het gewricht zelf, de botten, kniebanden, knieschijf en meniscus zijn nog heel.
Mensen die last hebben van lage rugpijn, kunnen beter paracetamol slikken dan ontstekingsremmers als ibuprofen, die in 80 procent van de gevallen worden voorgeschreven.
Dat migrainepatiënten somber worden door hun ziekte ligt voor de hand. Toch komt hun depressie niet voort uit de hoofdpijn maar uit een genetisch aanleg.
Ongeveer 1 op de tien Belgen lijdt aan migraine. Alhoewel vrouwen het meeste getroffen zijn (5 tot 25 procent van alle Belgische vrouwen), komt het ook vaak bij mannen (2 tot 10 procent) en kinderen (4 procent) voor.