- dossierWat zijn de symptomen van het gebroken hart syndroom?
- dossierHartcoherentie: ademhalingstechniek tegen hyperventilatie, angst en stress
- dossierPMDD: heel ernstige vorm van PMS
- dossierKan een supplement melatonine helpen bij kinderen met slaapproblemen?
- dossierWat is ADD en wat zijn de symptomen?
Wat kan je doen als je kind angstig is?
nieuws
Iedereen is wel eens bang, dat geldt zeker ook voor kinderen. De meest uiteenlopende dingen kunnen hen doen schrikken: een vreemd gezicht, een hard geluid, een bezoek bij de dokter, spoken onder het bed, ...
Dat kinderen bang zijn is normaal. Angst is aangeboren en beschermt kinderen tegen gevaar. Het is een overlevingsmechanisme tegen bedreigende situaties. Het helpt het lichaam om te ontsnappen aan die dreiging. Angsten zijn zinvol: ze zorgen ervoor dat een kind voorzichtig is, bv. in het verkeer.
Normale ontwikkeling van angsten
Angst is een normaal gegeven en het is een belangrijke opdracht voor kinderen en jongeren te leren omgaan met angsten.
Bij een kind hangen de angsten samen met zijn verstandelijke ontwikkeling: hoe meer het kind de wereld ziet, beleeft, en toch nog niet helemaal begrijpt, des te meer dingen er bijkomen waar het bang voor kan worden. Angsten hangen ook samen met ervaringen. Wanneer je kind bijvoorbeeld ooit werd gebeten door een hond, kan het angst krijgen voor alle honden.
In elke ontwikkelingsfase komen specifieke angsten voor. Deze angsten zijn normaal. Rond de leeftijd van 6 à 8 maanden leert je kind bijvoorbeeld onderscheid te maken tussen vertrouwde mensen en vreemden. Rond die leeftijd reageren veel baby’s heftig op veranderingen in de omgeving. Ook op de aanwezigheid van vreemden kunnen ze angstig reageren. Elk gezicht dat de baby niet bekend is, kan hem afschrikken. De aanwezigheid van moeder of vader geeft je kind een gevoel van veiligheid, geborgenheid en bescherming.
Rond de leeftijd van 8 maanden begint je kind ook verdrietig te reageren als vertrouwde mensen uit zijn omgeving weggaan. Dit wordt ‘scheidingsangst’ genoemd. Deze angst is meestal het hevigst tussen 8 en 18 maanden. Wanneer je kind jou ziet verdwijnen, begint het te huilen. Je kind wil niet meer naar de opvang of wil niet meer alleen gaan slapen. In deze periode kan het gebeuren dat je kind ’s nachts wakker wordt en begint te huilen. Scheidingsangst komt bij ieder kind voor, maar het ene kind reageert angstiger dan het andere. Deze angst is een voorbijgaande fase in de ontwikkeling. Bij het ene kind duurt het langer dan bij het andere kind. Scheidingsangst zal niet plots weg zijn en kan blijven tot de leeftijd van 3-4 jaar.
Angsten kunnen opkomen, verdwijnen en na een tijdje terugkeren. Zo kan een kind van 2 jaar bang zijn voor het donker of voor harde geluiden, een beetje later niet meer, en dan rond de leeftijd van 4 jaar opnieuw. Sommige angsten komen ook in een andere vorm terug.
Ook oudere kinderen kunnen angstig zijn. Kinderen tussen 6 en 12 kunnen bijvoorbeeld angstig worden naar aanleiding van berichten in de krant, op TV of internet over geweld, oorlog, ongelukken... Of naar aanleiding van een concrete gebeurtenis, bijvoorbeeld een ziekte of overlijden van een vriendje of een familielid, een (verkeers)ongeluk, een brand... Oudere kinderen kunnen faalangst hebben of overdreven verlegen zijn en bang zijn om met andere mensen te praten.
Leeftijd |
Een kind is bang voor … |
0-2 jaar
|
- vallen - harde geluiden - plots opduikende, onverwachte, grote voorwerpen (bv. een gezicht dat plots boven de wieg verschijnt) - onbekende omgeving, onbekende dingen - vreemden - scheiding van de ouder - water/bad/toilet - pijn
|
2-4 jaar
|
- water/toilet - scheiding van ouder - geluiden (stofzuiger, vliegtuig) - donker - 'spoken', griezels en ‘enge’ beesten - dieren - natuurgeweld (onweer) - verandering van omgeving - angsten door denken op peutermanier - angsten door bepaalde gebeurtenissen (bv. geboorte van een zus, echtscheiding, overlijden...) - angsten door beschadiging van eigen lichaam - bang voor de dokter, de kapper, de tandarts, … - pijn
|
Hoe omgaan met angsten?
Angst hoort bij de ontwikkeling van ieder kind. Sommige kinderen hebben meer angsten dan andere kinderen.
• De angst van het kind ernstig nemen
Het is belangrijk om de angst van het kind ernstig te nemen en niet weg te lachen. Kinderen moeten voelen dat ze bang mogen zijn. Ze zijn ook echt angstig, daar is niets flauws aan. Uitspraken als ‘Stel je niet aan!’ helpen een kind niet om met zijn angst te leren omgaan. Het gevoel van veiligheid dat een kind kwijt is, moet opnieuw worden opgebouwd.
Een kind heeft het nodig om getroost te worden. Het moet worden gerustgesteld. Een opmerking als ‘Iedereen is wel eens bang’ kan een kind helpen.
• Erover praten met het kind
Over angsten praten met een kind is een eerste stap. Door naar het verhaal van het kind te luisteren, krijg je een beter zicht op de angst. Waarom is het kind bang? Wat voelt het precies? Kleine kinderen hebben vaak de hulp van hun ouders nodig om hun angsten te verwoorden.
Angst kunnen kinderen ook uiten in hun spel of in hun tekeningen, en dat kan dan een aanknopingspunt vormen om erover te praten. Praten over angsten kan het best overdag plaatsvinden. ’s Avonds of ’s nachts over angsten praten kan immers tot nieuwe angstige gedachten leiden.
• Geef zelf een goed voorbeeld
Probeer je eigen angsten onder controle te houden. Blijf kalm wanneer je kind angstig is.
• Het kind de angst helpen overwinnen in kleine stapjes
Het is zeker niet raadzaam om een kind te dwingen door de angst heen te bijten. Het voelt zich op die manier niet beschermd en zal vaak nog angstiger worden. Je kan een kind geleidelijk ervaringen aanbieden waardoor zijn angst zal afnemen. Wanneer het kind bijvoorbeeld bang is voor een dier, kan je eerst samen boekjes over dieren lezen. Dan kan je eens naar een kinderboerderij gaan om samen dieren te bekijken en bij het volgende bezoek wil het kind het dier misschien al eens aaien.
Als je kind ’s nachts bang is in zijn kamer, kan je er overdag over praten en de kamer samen gaan bekijken. Door het licht aan en uit te doen kan je tonen dat gordijnen er ’s nachts anders uitzien, dat ze kunnen bewegen.
Wanneer het kind bang blijft, is het belangrijk om de situatie niet te vermijden. Dan wordt de angstdrempel nog hoger. Een mogelijke hulp voor het kind is om het te laten tellen hoeveel tellen het bang durft te zijn.
• Het kind hulp bieden
Een kind een knuffel geven als het angstig is, troosten wanneer het overstuur is, … zal het deugd doen. Als het kind weet dat het altijd op jou kan rekenen, zal zijn gevoel van veiligheid vergroten.
• Wanneer een kind bv. bang is in het donker, kan een nachtlichtje helpen.
• Ook als je nog even in zijn buurt blijft rommelen, kan de angst verminderen.
• Het kind informatie geven
Een goed hulpmiddel bij het overwinnen van angst is het geven van informatie aan een kind. Dit neemt heel wat onzekerheid weg.
• Als een kind van 12 maanden last heeft van sterke scheidingsangst, kan je bijvoorbeeld voordat je weggaat vertellen waar je naartoe gaat en wanneer je het komt ophalen.
• Je kan het kind ook anderen laten observeren of wat uitleg geven. Als het kind bijvoorbeeld bang is om een poes te aaien, kan je de poes zelf aaien en zeggen: ‘Kijk, de poes vindt het fijn dat ik ze aai.’
• Het lezen van sprookjes of kinderboekjes over bijvoorbeeld “bang zijn in het donker” kan heel goed helpen.
• Samen de situatie die angst inboezemt eens naspelen kan het kind houvast bieden, bv. voor een doktersbezoek samen doktertje spelen.
• Het kind leren dat angst ook voorbijgaat
Je kan een kind leren om voor zijn angsten zelf oplossingen te vinden. Als een kind bv. bang is in het donker, kan je het eerst leren om het licht aan te steken.
Als je weet hoe een kind in een bepaalde situatie zijn angst onder controle weet te houden, bijvoorbeeld met een knuffel, kan het misschien helpen om dit hulpmiddeltje ook in een andere situatie te gebruiken.
Als de angst te groot wordt …
Als het kind niet meer normaal kan functioneren door zijn angst of als je je zorgen maakt, dan is die angst een probleem. Er is sprake van een angststoornis wanneer de angst zo groot en veelomvattend wordt dat deze niet meer in overeenstemming is met het reële gevaar en wanneer de angst het kind belemmert in zijn dagelijkse activiteiten. In deze situaties kan je het best professionele hulp inroepen.
Bronnen:
www.kindengezin.be/opvoeding/opvoedingsvragen/angsten/
www.groeimee.be
www.brainwiki.nl/problemen/angst