Hoe herken je autisme bij baby’s en kleuters?
dossier
Lees ook: Autismespectrumstoornis: wat is autisme?
Wanneer kan je autisme vaststellen?
- Erg veel of net erg weinig huilen (geen communicatie zoeken).
- Spelen zonder ‘joint attention’. Joint attention betekent dat de peuter/baby interactie zoekt met anderen tijdens het spelen. In eerste instantie door zijn blik te wisselen tussen het speelgoed en de verzorger. Kinderen met ASS gaan hier vaak enkel focussen op het speelgoed, zonder die uitwisselende blik op te zoeken.
- Wanneer de ouders opkijken of wijzen, de blik of wijzende vinger niet volgen. Met andere woorden, niet begrijpen dat deze non-verbale taal eigenlijk interactie met hen wil uitlokken.
- Bij een kind op jonge leeftijd is het normaal dat er opstandig of drukker gedrag is, maar bij kinderen met autisme is het allemaal net dat tikje extremer. Woede-uitbarstingen duren dan veel langer dan enkele minuten en zijn intenser van aard. Er kan ook sprake zijn van hyperactiviteit (soms wordt er dan eerst aan ADHD gedacht) of net extreem teruggetrokken spelen, zonder motivatie om anderen aan te spreken, aan te kijken of te betrekken in hun spel.
- Vaak zijn er ook eetproblemen. Kinderen die bijvoorbeeld moeite hebben om van borst of fles over te schakelen op vaste voeding. Het is natuurlijk niet zo dat elk kind met eetproblemen autisme heeft, maar het is wel een belangrijke indicator om te gaan kijken of er zich ook op andere vlakken problemen voordoen.
- Ontbreken van een glimlach (geen schaterlach) als reactie op de omgeving.
Lees ook: Hoe herken je het syndroom van Asperger?
Belangrijkste kenmerken van autisme
1- Sociaal/communicatieve problemen
- Aangaan/onderhouden van vriendschapsrelaties: moeite met het maken van vriendjes of onderhouden van vriendschappen. Dit wordt vaak pas op latere leeftijd duidelijk.
- Non-verbaal gedrag: moeilijkheden om zelf non-verbaal gedrag te gaan interpreteren en/of te gaan inzetten, bijvoorbeeld mimiek, intonatie, lichaamstaal.
- Problemen met wederkerigheid: het heen-en-weer spel binnen de communicatie met een boodschap die wordt uitgezonden door een zender, opgevangen en geïnterpreteerd wordt door een ontvanger en waar vervolgens weer op gereageerd wordt.
Lees ook: Kan je autisme verbergen?
In de praktijk kan dit er bijvoorbeeld als volgt uit zien bij jonge kinderen:
|
2- Stereotiep/routineus gedrag
- Stereotiep gedrag: bijvoorbeeld fladderen met handjes (bij jonge kindjes zien we dit ook door de handjes repetitief open en toe te knijpen), bepaalde geluidjes/keelklanken herhalen (niet te verwarren met het brabbelen wat heel eigen is aan de ontwikkeling, de klanken zijn toch iets anders van aard en bijvoorbeeld meer zoemender (mmm, mmmm, mmm) of hoger van toon
- Beperkte interesses, ook wel preoccupaties genoemd: bijvoorbeeld als kinderen ontzettend gefascineerd zijn door bepaalde voorwerpen en er helemaal lijken in op te gaan zonder oog voor de omgeving te hebben.
- Routines: bijvoorbeeld kinderen die sterk reageren op een routinewijziging (iets dat anders loopt in de ochtendroutine, steeds dingen in een bepaalde volgorde willen en er erg van ontzet zijn wanneer dit niet gebeurt).
- Sensorische moeilijkheden: bijvoorbeeld erg slecht tegen lawaai/geluid kunnen, moeite met eten/texturen/smaken, kokhalzen bij bepaalde geuren, moeite met tactiele prikkels zoals bij het leren stappen op diverse ondergronden, moeite met verzorgende taken zoals wassen, aankleden, verluieren…
3- Andere kenmerken
- Ongewone reacties op zintuiglijke prikkels: overgevoeligheid voor geluid, geur of licht, maar ook op tactiel vlak, zoals een overgevoeligheid voor bepaalde kledingstoffen. Of net het omgekeerde: ongevoeligheid voor pijn, houden van felle geluiden…
- Een afwijkende, houterige en onhandige motoriek.
- Extreme en schijnbaar onlogische angsten.
- Overactiviteit en/of impulsief gedrag.
- Niet-specifieke gedragsproblemen zoals eet- en slaapproblemen, driftbuien, agressie, destructief gedrag en zelfverwondend gedrag.
- Vaak erg aanhankelijk gedrag. In een ‘normale ontwikkeling’ maakt het kind zich stilaan steeds losser van de verzorger, maar dat gebeurt bij kinderen met ASS niet altijd.
- Erg jong reageren op sociaal/emotioneel vlak, bijvoorbeeld op kleuterleeftijd nog steeds erg lang blijven huilen zoals een baby.
Lees ook: ASS: epilepsiemedicijn kan belangrijkste symptomen autisme verlichten
Wat doen bij een vermoeden van autisme?
Lees ook: App spoort autisme op bij jonge kinderen
Testen op autisme
Lees ook: Autisme: wordt een auticoach terugbetaald?
Het stellen van de diagnose autisme is geen gemakkelijke zaak. Ondanks de verbeterde kennis van autisme bij artsen, psychologen en andere professionelen, is het niet ongewoon dat er een hele tijd verloopt tussen de eerste bezorgdheid van ouders en een duidelijke en correcte diagnose. Er zijn heel wat factoren die de diagnostiek van autisme bemoeilijken. Zo komen niet alle kenmerken voor bij elk kind en kunnen ze variëren met de leeftijd en het ontwikkelingsniveau. Bepaalde kenmerken komen dan ook nog eens voor bij andere ontwikkelings-, gedrags- of leerstoornissen. Er is vandaag geen enkel diagnostisch instrument om uitsluitsel te kunnen geven over het al dan niet aanwezig zijn van autisme. Dé test voor autisme die 100 % zekerheid biedt bij elk kind, bestaat helaas niet.
|
Bronnen:
www.autismevlaanderen.be
www.kinderneurologie.eu
www.autisme.nl
www.landelijknetwerkautisme.nl
https://www.cdc.gov