Wat je moet weten over het Vlaams Bevolkingsonderzoek Baarmoederhalskanker
In dit artikel
Wat je moet weten over het Vlaams Bevolkingsonderzoek Baarmoederhalskanker
dossier
Baarmoederhalskanker komt vooral voor bij jonge vrouwen tussen de 35 en 45 jaar. Met ongeveer 650 nieuwe gevallen per jaar is baarmoederhalskanker niet de meest voorkomende gynaecologische kanker in België. Toch is baarmoederhalskanker in ons land verantwoordelijk voor bijna 190 overlijdens per jaar.
Baarmoederhalskanker komt vooral voor bij jonge vrouwen tussen de 35 en 45 jaar. Met ongeveer 650 nieuwe gevallen per jaar is baarmoederhalskanker niet de meest voorkomende gynaecologische kanker in België. Toch is baarmoederhalskanker in ons land verantwoordelijk voor bijna 190 overlijdens per jaar.
Het Vlaams Bevolkingsonderzoek Baarmoederhalskanker geeft vrouwen van 25 tot en met 64 jaar de kans om elke drie jaar een gratis uitstrijkje te laten nemen. U betaalt alleen de consultatie bij uw huisarts of gynaecoloog. Door om de drie jaar een uitstrijkje te laten nemen, kan de aandoening al in een vroeg stadium worden opgespoord en behandeld. De behandeling is dan ook minder zwaar en u herstelt sneller.
Voor- en nadelen van het onderzoek
1. Waarom deelnemen aan het gratis bevolkingsonderzoek?
Met het uitstrijkje kunnen afwijkingen in de cellen van de baarmoederhals vroegtijdig worden opgespoord. Baarmoederhalskanker ontwikkelt zich uiterst langzaam. Alles begint met letsels die nog geen kanker zijn. Ze zijn precancereus. Tussen het allereerste begin en het uiteindelijke ontstaan van baarmoederhalskanker kan wel tien tot vijftien jaar liggen.
Door om de drie jaar een uitstrijkje te laten nemen, kunnen ze tijdig worden ontdekt en weggenomen. Als u er op tijd bij bent, is de behandeling minder zwaar. De kans op volledige genezing is ook veel groter.
Geschat wordt dat bijna 80 procent van de baarmoederhalskankers en bijna 90 procent van die overlijdens kunnen worden vermeden met een regelmatige opsporing via een uitstrijkje
2. Wat zijn de nadelen van het onderzoek?
Het onderzoek heeft ook een aantal nadelen, maar die wegen niet op tegen de voordelen.
• Afwijkende cellen in het uitstrijkje kunnen zowel op baarmoederhalskanker als op een voorstadium ervan wijzen. Er is altijd meer onderzoek bij de huisarts of gynaecoloog nodig.
• Zoals elk ander screeningsonderzoek biedt het resultaat nooit 100 procent zekerheid. Bij klachten als ongewoon bloedverlies, neemt u altijd het best contact op met uw huisarts of gynaecoloog.
• Een voorstadium van baarmoederhalskanker wordt bijna altijd behandeld. Sommige voorstadia zouden ook gewoon vanzelf verdwijnen. Maar dat kan niemand voorspellen. Daarom is het beter om op zeker te spelen.
• Sommige vrouwen vinden het onderzoek vervelend.
• Het maken van een uitstrijkje en het wachten op het resultaat kan spannend zijn en u angstig of ongerust maken.
Wie kan deelnemen aan het bevolkingsonderzoek?
3. Voor wie is het bevolkingsonderzoek bedoeld?
Het bevolkingsonderzoek richt zich tot alle vrouwen vanaf 25 tot 65 jaar.
Baarmoederhalskanker kan op elke leeftijd voorkomen, maar treft vooral vrouwen van 25 tot en met 64 jaar. Bij jongere en oudere vrouwen komt deze kanker zelden voor.
4. Ik ben nog geen 25 jaar, kan ik dan ook een uitstrijkje laten nemen?
Baarmoederhalskanker komt voor bij vrouwen van alle leeftijden, maar het meest bij vrouwen van 25 tot en met 64 jaar.
U kunt op elke leeftijd, één keer om de drie jaar, een gratis uitstrijkje laten nemen. U betaalt enkel de consultatie bij uwhuisarts of gynaecoloog. Uw ziekenfonds betaalt daarvan een deel terug.
• Elke vrouw zou een eerste keer een uitstrijkje van de baarmoederhals moeten laten uitvoeren in het jaar volgend op de eerste seksuele betrekkingen.
• Indien dit eerste uitstrijkje normaal is, wordt een jaar later een tweede uitstrijkje genomen.
• Indien ook het resultaat van het tweede uitstrijkje normaal is, worden de volgende uitstrijkjes om de 3 jaar herhaald, tot de leeftijd van 65 jaar.
5. Ik ben ouder dan 65, moet ik dan nog een uitstrijkje laten nemen?
Na 65 jaar is het risico op baarmoederhalskanker zo klein geworden dat het uitstrijkje geen zin meer heeft, tenzij er eerder afwijkingen werden vastgesteld. U kunt echter op elke leeftijd, één keer om de drie jaar, een gratis uitstrijkje laten nemen. U betaalt enkel de consultatie bij uw huisarts of gynaecoloog. Uw ziekenfonds betaalt daarvan een deel terug.
• Het gratis bevolkingsonderzoek wordt alleen stopgezet na de leeftijd van 64 jaar als de twee laatste uitstrijkjes als normaal beoordeeld werden. Is dat niet het geval, dan wordt aangeraden om ook na de leeftijd van 64 voort te gaan met screenen, tot twee normale uitstrijkjes.
• Als u nooit of niet regelmatig hebt deelgenomen aan het driejaarlijkse bevolkingsonderzoek, wordt aangeraden om na de leeftijd van 64 jaar om de drie jaar een uitstrijkje te laten nemen, tot twee normale uitstrijkjes. Het eerste uitstrijkje gebeurt één jaar na het afwijkende uitstrijkje.
Bent u ouder dan 65 jaar, bespreek dan met uw huisarts of gynaecoloog of het nog zinvol is om regelmatig een uitstrijkje te laten nemen.
6. Is een uitstrijkje na de menopauze nog nodig?
Ja. Ook na de overgang kunt u nog baarmoederhalskanker krijgen. De gemiddelde leeftijd van de diagnose baarmoederhalskanker is 54 jaar. Daarom wordt aangeraden om ook na de menopauze, tot de leeftijd van 64 jaar, om de drie jaar een uitstrijkje te laten nemen om baarmoederhalskanker voortijdig te kunnen opsporen.
Als u tot de leeftijd van 64 jaar regelmatig deelneemt aan de driejaarlijkse screening, kan men vroegtijdige stadia van baarmoederhalskanker opsporen tot de leeftijd van 70 à 75 jaar. De kans dat er bij vrouwen boven de 55 à 60 jaar, die regelmatig aan screening deelnemen, nog nieuwe letsels ontstaan, is minimaal.
7. Wanneer moet u geen uitstrijkje meer laten nemen?
Ongeacht uw leeftijd moet u geen uitstrijkje meer laten nemen:
• Als u al baarmoederhalskanker hebt of had.
• Als uw baarmoeder en baarmoederhals zijn verwijderd. Indien uw baarmoeder verwijderd is (hysterectomie), vraag dan aan uw arts of ook de baarmoederhals mee verwijderd is. Indien niet, blijft een uitstrijkje aangewezen.
8. Wanneer moet u het uitstrijkje uitstellen?
• U laat beter geen uitstrijkje nemen op het moment dat u ongesteld bent. Het uitstrijkje kan dan immers minder goed worden beoordeeld. Het beste moment om een uitstrijkje af te nemen is tussen de 7de en 15de dag van de menstruele cyclus.
• Een vaginale infectie, bloed- of slijmverlies moeten eerst worden behandeld voordat een uitstrijkje kan worden genomen.
• Bij recent gebruik van ontsmettingscrème of –vloeistof, glijmiddel, vaginale medicatie (minder dan 48 uren voordien), vaginale douche (minder dan 24 uren voordien).
• In geval het vorige uitstrijkje minder dan drie maanden geleden heeft plaatsgevonden.
• Wanneer minder dan drie maanden geleden een operatie aan de baarmoederhals heeft plaatsgevonden.
9. Ik ben gevaccineerd tegen HPV, moet ik dan nog deelnemen?
Baarmoederhalskanker ontstaat meestal door een besmetting met het humaan papillomavirus (HPV). Vaccinatie tegen HPV kan het risico op baarmoederhalskanker fors verminderen. Die bescherming is echter niet absoluut. Daarom blijft een opsporing noodzakelijk, ook bij vrouwen die het vaccin hebben gekregen.
10. Ik ben zwanger, net bevallen of geef borstvoeding. Mag ik dan deelnemen?
Ja. U stelt het onderzoek best wel uit tot een zestal maanden na de bevalling. Tijdens de zwangerschap ondergaat de baarmoederhals immers enkele veranderingen. Daardoor kan het uitstrijkje een vertekend beeld geven.
11. Ik heb een miskraam gehad. Kan ik een uitstrijkje laten maken?
Bespreek dit met uw huisarts of gynaecoloog.
12. Ik heb een abortus gehad. Kan ik een uitstrijkje laten maken?
Bespreek dit met uw huisarts of gynaecoloog.
13. Ik ben nog maagd. Kan ik wel een uitstrijkje laten maken?
Ja dat kan. Als u nog nooit seksueel actief was, is de kans op een HPV-besmetting uiterst klein. Toch kunt u besmet raken met HPV door intiem lichaamscontact in de schaamstreek.
Wilt u een uitstrijkje laten nemen, vertel uw arts dan dat u nog maagd bent. Uw arts houdt daar rekening mee door bij het onderzoek een kleinere eendenbek te gebruiken.
14. Kan ik een uitstrijkje laten nemen als ik een spiraaltje heb?
Een spiraaltje is geen bezwaar om een uitstrijkje te nemen.
15. Ik ben lesbisch. Moet ik dan een uitstrijkje laten maken?
Ja. U raakt besmet door te vrijen met iemand die een HPV-besmetting heeft. Het virus zit in en rond de vagina, maar kan tijdens het vrijen ook op andere plekken komen. Aan de handen of in de mond, bijvoorbeeld. De kans dat een lesbische vrouw besmet raakt is wel kleiner.
16. Ik ben transvrouw. Wat moet ik doen?
Als u officieel een vrouw bent, ouder dan 24 en jonger dan 65, ontvangt u een uitnodiging voor het bevolkingsonderzoek. Als transvrouw hebt u geen baarmoederhals en heeft het dus ook geen zin om deel te nemen.
U kunt zich dan het best afmelden voor dit bevolkingsonderzoek. In de toekomst ontvangt u dan geen uitnodiging meer.
17. Ik ben transman. Wat moet ik doen?
Als u officieel een man bent, ontvangt u in principe geen uitnodiging meer. Enkel wanneer u nog een baarmoederhals hebt blijft een uitstrijkje aangewezen.
Omdat u als transman mogelijk langdurig onder medische zorg staat of stond en ingrijpende behandelingen ondergaat of onderging, is het aanbevolen om het nut van een deelname met uw specialist te bespreken.
Hoe deelnemen?
18. Hoe kan ik deelnemen aan het bevolkingsonderzoek?
U mag om de drie jaar een uitstrijkje laten nemen. De kosten ervan worden volledig terugbetaald. U betaalt wel het remgeld voor de consultatie bij uw huisarts of gynaecoloog.
• Als u 25 bent en de jongste vier jaar geen uitstrijkje liet nemen, krijgt u een aanbevelingsbrief voor het bevolkingsonderzoek naar baarmoederhalskanker van het Centrum voor Kankeropsporing (CvKO). Zolang het uitstrijkje normaal blijft, wordt deze uitnodiging om de drie jaar herhaald.
• Als u na de vorige uitnodiging geen uitstrijkje liet nemen, krijgt u 36 maanden later opnieuw een aanbevelingsbrief voor het bevolkingsonderzoek.
• Als u al vier jaar geen uitstrijkje liet nemen, krijgt u 48 maanden na het laatste uitstrijkje een aanbevelingsbrief voor het bevolkingsonderzoek.
• Laat u stipt om de drie jaar een uitstrijkje nemen, dan ontvangt u geen uitnodigingsbrief meer.
U maakt zelf een afspraak met uw huisarts of gynaecoloog.
19. Hoe kan ik weten wanneer mijn laatste uitstrijkje gebeurde?
Dat kan door via het gratis software-systeem ‘Patient Health Viewer’ gegevens over de bevolkingsonderzoeken te raadplegen.
20. Waar kan ik een uitstrijkje laten nemen?
Dat kan zowel bij uw huisarts als bij uw gynaecoloog. U beslist zelf en maakt ook een afspraak.
21. Hoeveel kost het onderzoek?
Het onderzoek van het uitstrijkje is gratis. U betaalt alleen de consultatie bij uw huisarts of gynaecoloog. Een deel daarvan krijgt u van uw ziekenfonds terug. U betaalt dus alleen het remgeld.
Alleen in de volgende gevallen krijgt u toch een factuur:
• Als er afwijkende cellen worden gevonden en een HPV-bepaling nodig is. Dit onderzoek wordt grotendeels door uw ziekenfonds terugbetaald.
• Als het uitstrijkje door een tweede patholoog moet worden beoordeeld.
• Als de patholoog die je uitstrijkje beoordeelt niet volledig geconventioneerd is en een supplement mag vragen. Dit kan alleen wanneer u op voorhand geïnformeerd bent dat het onderzoek zal gebeuren door een niet-geconventioneerde patholoog die een supplement aanrekent én u hiermee ingestemd hebt.
Opgelet:
• Soms wordt bij een driejaarlijks uitstrijkje door het labo toch een kleine (administratieve) kost aangerekend. Raadpleeg in dat geval uw ziekenfonds. Er wordt dan nagegaan of de factuur terecht of onterecht was.
• Sommige artsen laten een bijkomende HPV-bepaling (opsporen van de aanwezigheid van humaan papillomavirus) doen op het uitstrijkje. Deze test laat zien of het HPV-virus aanwezig is. Dit maakt echter geen deel uit van het bevolkingsonderzoek en is dus niet gratis. Het lab zal die kosten aanrekenen. Bespreek met uw arts wat de kosten hiervoor zullen zijn.
• Het eerste uitstrijkje dat u laat nemen (na uw eerste seksueel contact) en ook het tweede uitstrijkje na één jaar, is niet gratis.
• Ook als u meer uitstrijkjes dan om de drie jaar laat nemen, dan zijn die niet gratis.
22. Waarom een uitstrijkje om de drie jaar?
Als u geen klachten hebt en er geen afwijkingen in uw vorige uitstrijkje werden gevonden, volstaat één uitstrijkje om de drie jaar. Alleen zo'n preventief driejaarlijks uitstrijkje is gratis in het kader van het Bevolkingsonderzoek.
Veel vrouwen laten jaarlijks een uitstrijkje nemen, ook al is het uitstrijkje telkens normaal. Uit onderzoek blijkt dat dit niet nodig is en nauwelijks meer kankers opspoort. Baarmoederhalskanker ontwikkelt zich namelijk erg traag. Tussen het allereerste begin (voorstadium) en baarmoederhalskanker kan tien tot vijftien jaar liggen.
23. Wanneer moet ik toch jaarlijks een uitstrijkje laten nemen?
In volgende omstandigheden is het aangewezen om jaarlijks een uitstrijkje te laten nemen:
• bij een eerder afwijkend uitstrijkje;
• als u eerder al een behandeling van de baarmoederhals onderging;
• als u genitale wratten hebt of had;
• als uw afweersysteem niet optimaal functioneert door het gebruik van geneesmiddelen of ziekte (bijv. HIV).
Ook als u bepaalde klachten hebt die kunnen wijzen op baarmoederhalskanker, raadpleegt u het best uw huisarts of gynaecoloog.
24. Welke tekenen kunnen wijzen op baarmoederhalskanker?
Lang voordat u baarmoederhalskanker krijgt, beginnen de cellen van uw baarmoederhals afwijkingen te vertonen. Daar merkt uhelemaal niets van. In het begin hebt u dan ook geen klachten.
Neem contact op met uw arts als u een van de volgende klachten hebt:
• Bloedingen tijdens of vlak na seks.
• Bloedingen na de overgang, bijvoorbeeld als u al langer dan een jaar niet meer ongesteld was.
• Bloedingen tussen twee maandstonden in.
• Ongewone afscheiding uit de vagina.
Vaak gaat het om een onschuldige infectie. Maar als u deze klachten hebt, moet u er zeker naar laten kijken.
25. Ik woon in België maar heb een andere nationaliteit. Heb ik recht op een gratis uitstrijkje?
Als u in Vlaanderen gedomicilieerd bent en tot de doelgroep behoort, bent u opgenomen in de databank van het Bevolkingsonderzoek Baarmoederhalskanker. U zal op uw verjaardag een uitnodiging ontvangen.
Het onderzoek van het uitstrijkje is één keer om de drie jaar gratis als u aangesloten bent bij een Belgisch ziekenfonds. Anders krijgt u een factuur. Vraag in dat geval aan uw verzekeringsinstelling of en in welke mate die wordt terugbetaald.
26. Ik ben in het buitenland gedomicilieerd. Kan ik deelnemen aan het bevolkingsonderzoek?
Ja, onder bepaalde voorwaarden.
Als u in België werkt, sociale zekerheidsbijdragen betaalt, en lid bent van een Belgisch ziekenfonds hebt u recht op een gratis uitstrijkje elke drie jaar. Omdat u geen officieel adres hebt in België, wordt u niet automatisch uitgenodigd als u de afgelopen 4 jaar geen uitstrijkje hebt laten nemen. U kunt ook zonder uitnodigingsbrief elke 3 jaar een gratis uitstrijkje laten nemen bij uw huisarts/gynaecoloog.
Voldoet u niet aan die voorwaarden? Dan hebt u geen recht op een gratis uitstrijkje.
Hoe verloopt het onderzoek?
27. Hoe gebeurt een uitstrijkje?
Uw arts zal vooraf uitleggen wat er gebeurt. Het onderzoek zelf neemt meestal niet meer dan enkele minuten in beslag. Het is pijnloos, maar sommige vrouwen ervaren het als onaangenaam.
U kunt na het uitstrijkje wat bloedverlies hebben. U hoeft zich daarover geen zorgen te maken.
• U moet op de onderzoektafel liggen.
• De arts plaatst een eendenbek of speculum in de vagina om toegang te krijgen tot de baarmoederhals. Een speculum is een lang metalen instrument dat de vagina wijd open moet houden en deze verlicht dankzij het licht dat wordt weerkaatst op zijn glanzende wand. Dankzij dit instrument kan de dokter de binnenkant van de vagina en de baarmoederhals zien.
• De arts strijkt vervolgens met een klein borsteltje voorzichtig over het oppervlak van de baarmoederhals. Door die beweging blijven er cellen aan het borsteltje hangen. Die cellen gaan in een potje of glaasje. Uw arts doet de eendenbek nu weer dicht en verwijdert hem.
28. Wat kan ik doen om het uitstrijkje vlotter te laten verlopen?
• Ga voor het maken van het uitstrijkje naar de wc. Een volle blaas of darm kan een vervelend gevoel geven.
• Vermijd seksuele betrekkingen 48 uur voor het onderzoek. Vermijd ook vaginale douches en gebruik geen tampons, zaaddodende crèmes, vaginale zeep enz. Al die factoren kunnen het onderzoeksresultaat vertekenen.
• Aangespannen spieren kunnen het inbrengen van het speculum moeilijk of pijnlijk maken. Licht persen bij het inbrengen van het speculum kan helpen.
• Indien u makkelijk pijn hebt bij geslachtsgemeenschap of hebt u toch pijn of ongemak ervaren bij een vorig onderzoek, dan kunt u dit bij het onderzoek ter sprake brengen. De arts kan in dat geval een kleiner speculum gebruiken.
29. Wanneer krijg ik de resultaten van het uitstrijkje ?
Meestal krijgt u de resultaten na een tweetal weken. Bespreek vooraf met uw arts hoe en wanneer u ervan op de hoogte wordt gebracht.
Heel soms zijn de afgenomen uitstrijkjes niet goed te beoordelen. Dat komt bijvoorbeeld omdat er te weinig cellen waren of doordat er te veel bloed in het uitstrijkje zat.
U krijgt dan het advies om over 6 weken opnieuw een uitstrijkje te laten maken. Meestal is de uitslag dan normaal. Ook dit uitstrijkje is gratis.
30. Wat gebeurt er wanneer afwijkende cellen worden gevonden?
Het resultaat van het uitstrijkje is in 90 tot 95 van de gevallen geruststellend. Als er toch afwijkende cellen worden gevonden, is bijkomend onderzoek nodig.
• Bij licht afwijkende cellen (ongeveer 2-3 % van de uitstrijkjes) wordt na 3 tot 6 maanden een nieuw uitstrijkje genomen. Van elke 20 vrouwen met deze uitslag verdwijnt bij ongeveer 13 vrouwen de afwijking vanzelf. Als de afwijking niet verdwijnt, is verder onderzoek nodig.
• Bij ernstig afwijkende cellen (ongeveer 1 % van de uitstrijkjes) zijn de volgende bijkomende onderzoeken mogelijk:
- Een lichamelijk onderzoek. Uw arts onderzoekt de baarmoeder zowel uitwendig als inwendig (via de vagina).
- Uw arts onderzoekt de baarmoederhals met een colposcoop. Dat is een soort microscoop waarmee de arts het weefsel van uw baarmoederhals in detail kan bekijken. Het onderzoek is pijnloos. Soms wordt een klein stukje weefsel weggenomen voor verder onderzoek in het labo (biopsie).
- Bij afwijkende cellen wordt meestal ook een HPV-test gedaan. Deze test laat zien of het HPV-virus aanwezig is. Zo kan beter worden beoordeeld of verder onderzoek nodig is.
• Wordt er een precancereus letsel gevonden (we spreken dan nog niet van kanker), dan kan het met een tamelijk eenvoudige ingreep worden verwijderd. De voorkeur gaat daarbij uit naar lusexcisie. Met een verhit, metalen lusje wordt onder lokale verdoving een stukje van het oppervlak van de baarmoederhals verwijderd. Een mogelijk nadeel van deze ingreep is een ietwat grotere kans op vroegtijdige bevalling bij een eventuele zwangerschap.
• Een zeldzame keer gebeurt het helaas dat een kanker wordt gevonden. In dat geval zal de behandeling anders en ingrijpender zijn.
Bronnen
Laatst bijgewerkt: februari 2023
Artikels over gezondheid in je mailbox? Schrijf je in op onze nieuwsbrief en ontvang een gratis e-book met gezonde ontbijtrecepten.