Afvallen lukt het best met een dieet op maat
nieuws
Het ‘gouden’ dieet bestaat niet. Na grondige analyse blijkt dat het ene vermageringsdieet niet beter werkt dan het andere. Het is beter om, samen met een diëtist, te zorgen voor een duurzaam en evenwichtig voedingspatroon, dat bij de persoon past. Dat blijkt uit een studie in het vakblad Nutrinews.
Wie wil vermageren moet zijn energie-inname in verhouding tot zijn energieverbruik verminderen. Verschillende populaire vermageringsdiëten komen hiervoor in aanmerking.
Eiwitrijke Diëten
Voorbeelden van eiwitrijke diëten zijn Mayo Clinic, Dukan, Total Wellbeing en Scarsdale.
Voordelen
Er zijn goede aanwijzingen dat een eiwitrijke voeding op korte termijn (binnen de eerste 6 maanden) gewichtsverlies kan opleveren, en ook positief is om het nieuwe gewicht aan te houden.
Verschillende factoren kunnen hierbij een rol spelen. Een mogelijke verklaring is dat maaltijden die rijk zijn aan eiwitten meer verzadigend werken dan maaltijden die veel koolhydraten en vetten bevatten. Hierdoor zou men zich beter en langer kunnen houden aan een energiebeperkt dieet. Daarnaast draagt de inname van eiwitten bij tot het behoud van de spiermassa, wat op zich ook gunstig is voor het basaal metabolisme.
Vooral de groep op een dieet met meer eiwitten (ongeveer 25 energieprocent via onder meer mager vlees, vis, kip, ei, magere melkproducten en peulvruchten) en een lagere glycemische index kon zijn dieet makkelijker volhouden en het behaalde gewichtsverlies het best handhaven.
Aandachtspunten
• De aanbevelingen voor een eiwitrijk dieet zijn niet eenduidig. De aanbeveling kan variëren van 15 tot 40
energieprocent eiwitten. Dat is meer dan de 16 energieprocent eiwitten die de gemiddelde Belg vandaag inneemt en beduidend meer dan de minimaal aanbevolen hoeveelheid eiwitten van 9 tot 11 energieprocent.
• Daarnaast brengt een dergelijk dieet weinig energie aan uit (verzadigd) vet en een matige hoeveelheid
energie uit koolhydraten. Sommige diëten raden aan om bepaalde koolhydraten te mijden, andere bevelen voedingsmiddelen aan met een lage glycemische index
• De Hoge Gezondheidsraad hanteert een eiwitinname tot ongeveer 25 energieprocent als een veilige bovengrens voor gezonde personen. Bij dergelijke waarden zijn bij gezonde personen geen nadelige effecten vastgesteld. Een voeding die meer dan 25 energieprocent eiwitten bevat, vormt een grotere belasting voor de nieren.
• Deze waarschuwing geldt in het bijzonder voor mensen die meer risico lopen op het ontwikkelen van een nieraandoening, zoals diabetes type 2-patiënten met overgewicht en mensen met een verminderde
nierfunctie.
• Rekening houdend met de vet- en koolhydraatbeperking moet men de aanbreng van vitaminen, voedingsvezels en essentiële vetzuren goed in het oog houden.
Koolhydraatarme Diëten
Voorbeelden van een koolhydraatarm dieet zijn
South Beach, Atkins, Zone, Dr. Frank, Voedselzandloper
Voordelen
• Onderzoeken tonen aan dat koolhydraatarme diëten zorgen voor gewichtsverlies. Mogelijk zorgen ze ook voor een verbeterde levenskwaliteit en gunstige metabole effecten.
Het is echter niet duidelijk of de gunstige effecten te danken zijn aan de koolhydraatbeperking op zich of aan een verlaagde energie-inname door een koolhydraatbeperking.
• Ander onderzoek toont ook aan dat een koolhydraatarm en eiwitrijk dieet op korte termijn sneller gewichtsverlies oplevert dan een vetarm dieet. Op langere termijn (na 1 jaar) verdwijnen de verschillen echter grotendeels.
Aandachtspunten
• Zoals bij het eiwitrijke dieet zijn de aanbevelingen voor een koolhydraatarm dieet evenmin eenduidig. Sommige hanteren de richtlijn van minder dan 40 g koolhydraten per dag. Ter vergelijking: de gemiddelde algemene aanbeveling voor een volwassene is zo’n 270 g koolhydraten per dag. Andere gebruiken een aanbeveling van minder dan 50 g koolhydraten per dag of minder dan 20 tot 45 energie% koolhydraten.
• Daarnaast bevat een koolhydraatarm dieet relatief veel
energie uit eiwitten en/of vetten. Het Atkins-dieet bevat 10 energieprocent eiwitten, 30 energieprocent koolhydraten en 60 energieprocent vetten. Een nieuwe variant van het Atkins-dieet, het Eco-Atkins-dieet, geeft ook advies over de eiwitkwaliteit: plantaardige eiwitbronnen krijgen de voorkeur boven dierlijke eiwitbronnen .
• Er zijn onderzoeken die negatieve gezondheidseffecten vaststellen van koolhydraatarme diëten gecombineerd met een hoge eiwitinname. Een lage koolhydraatinname kan de microbiële activiteit en populaties in de darmen veranderen.
Eiwitrijke en koolhydraatarme diëten zouden daarom enkel aan te raden zijn voor gewichtsverlies op korte termijn en niet op lange termijn.
• Bij diëten met een zeer lage koolhydraataanbreng (minder dan 40 tot 50 g per dag) worden na uitputting van de glycogeenreserves ketonen gevormd vanuit de vetreserve. Dit is niet schadelijk, zolang er geen acidose optreedt die gepaard gaat met het verlies van kalium en natrium. Vooral diabetespatiënten en personen met een gestoorde nierfunctie lopen meer risico wanneer zij een
koolhydraatarm dieet volgen.
• De aanbreng van een kleine hoeveelheid koolhydraten blijft essentieel om spierafbraak tegen te gaan en een goede werking van de hersenen te garanderen. Veel aanhangers van koolhydraatarme diëten hebben gemakkelijk last van spierkrampen en hoofdpijn en voelen zich verzwakt. Of dit te wijten is aan de lage koolhydraatinname of eerder aan de lage energie-inname is niet duidelijk).
• De consumptie van aardappelen en graanproducten en vaak ook van groenten en fruit is beperkt. Zo beperkt men ook de aanbreng van vitaminen, mineralen, voedingsvezels en andere gezondheidsbevorderende stoffen. Dat kan leiden tot voedingstekorten en op termijn het risico op chronische aandoeningen verhogen
• Wanneer een koolhydraatarm dieet gepaard gaat met een hoge eiwitinname gelden ook hier de aandachtspunten van een eiwitrijk dieet.
Paleolithisch Dieet
Het Paleo(lithisch)-dieet, ook wel oerdieet genaamd, is gebaseerd op de voeding van onze voorouders die jagers-verzamelaars waren. Zij overleefden op een voeding met een lage energiedensiteit, weinig zetmeel, veel voedingsvezels en grote hoeveelhedenplantenpolyfenolen. In de praktijk aten zij vooral plantaardige voedingsmiddelen zoals noten, zaden, groenten en fruit. Anno 2014 zijn het voedingsaanbod en onze eetgewoonten sterk gewijzigd in vergelijking met die van onze voorouders.
Het hedendaagse Paleo-dieet bestaat vooral uit vis, mager vlees, eieren en diverse plantaardige voedingsmiddelen (groenten, fruit, noten en zaden). Zuivel, granen en bewerkte voedingsmiddelen worden vermeden.
Voordelen
Een paleolithisch dieet zou meer bioactieve stoffen aanbrengen, in het bijzonder flavonoïden en glucosinolaten, dan een klassiek gezond voedingspatroon en een hedendaags (meestal ongezond) voedingspatroon.Een kleinschalig onderzoek suggereert dat het Paleolithische dieet ook helpt bij de regulatie van bepaalde hongerhormonen en het risico op obesitas en diabetes type 2 verlaagt. Bijkomend onderzoek is echter nodig alvorens hierover duidelijke conclusies te kunnen trekken.
Aandachtspunten
Omwille van de lage koolhydraataanbreng gelden hier dezelfde aandachtspunten van een koolhydraatarm dieet.
Laag Glycemische Index-Diëten
Een bekend voorbeeld is Montignac
Verschillende diëten baseren hun aanbevelingen op het idee van de glycemische index (GI). De GI is een maat voor de snelheid waarmee een koolhydraatbevattend voedingsmiddel wordt verteerd en geabsorbeerd en het bloedsuikergehalte doet stijgen. Voedingsmiddelen met een hoge GI moeten worden vermeden of beperkt.
In de praktijk zijn sommige diëten zeer strikt: bijna alle fruitsoorten, diverse groenten en bewerkte voedingsmiddelen rijk aan geraffineerde koolhydraten zijn verboden. Er worden soms ook extra dieetregels meegegeven, bijvoorbeeld de dag beginnen met een glas lauw water met citroen om de vetverbranding te verhogen of geen vetten samen met koolhydraten eten.
Voordelen
• Voedingsmiddelen met een lage GI zouden meer verzadigen waardoor het hongergevoel langer uitblijft dan met voedingsmiddelen met een hoge GI. Hoge GI-diëten zouden zorgen voor hogere insulineniveaus en dus ook voor een overstimulatie van de eetlust. Omtrent deze mechanismen ontbreken echter nog goed gecontroleerde onderzoeken bij mensen.
• Een nieuwe hypothese als mogelijke verklaring van het effect van GI-diëten, is dat bij een significant verhoogde inname van voedingsvezels meer korteketenvetzuren worden gevormd in de darm. Deze korteketenvetzuren zouden een effect hebben op de hersenen, de lever en het vetweefsel en de eetlust remmen. Het is echter een fabeltje dat als vetten samen met koolhydraten worden gegeten de insulineproductie extra verhoogt en dat de geconsumeerde vetten hierdoor onmiddellijk worden opgeslagen in de vetcellen. Elke overdaad aan vetten, al dan niet gecombineerd met koolhydraten, wordt sowieso opgeslagen.
• De vraag of een voeding met een lage GI voordelen biedt in de preventie en de behandeling van obesitas, blijft dan ook controversieel.
Enerzijds tonen bepaalde onderzoeken aan dat er een omgekeerd evenredig verband is tussen verzadiging en GI. Anderzijds zijn er onderzoeken die een verhoogde energie-inname vaststellen bij een laag GI-dieet.
Het lijkt er echter op dat een dieet met een lagere GI en
meer eiwitten voordelen biedt in het kader van vooral gewichtsbehoud.
Aandachtspunten
• Het GI-concept is te beperkt als criterium om een goede voeding samen te stellen. De gezondheidseffecten van de voeding en het effect op verzadiging en gewichtsverlies worden door veel meer factoren bepaald dan door de glycemische respons van koolhydraten.
• Daarnaast is het gebruik van de GI in de praktijk controversieel omdat verschillende voedingsbestanddelen en bereidingswijzen maar ook de structuur, de partikel- en de portiegrootte van een voedingsmiddel de GI kunnen beïnvloeden. Wie de GI als enig criterium hanteert, kan bijvoorbeeld verkeerdelijk besluiten dat een portie spek met eieren, die onder meer omwille van het hoge vetgehalte en het zeer lage koolhydraatgehalte een lage GI heeft, gezonder zou zijn dan een snede brood met magere kaas.
Vetbeperkte Diëten
Bekende voorbeelden van vetbeperkte diëten zijn
Ornish en WeightWatchers.
De vetbeperking bedraagt bij veel diëten maximaal 20 energieprocent. Daarnaast bevelen deze diëten een normale hoeveelheid eiwitten, veel energie uit koolhydraten en relatief veel voedingsvezels aan.
Een minder strenge toepassing van de vetbeperking is
het klassieke energie- en vetbeperkte dieet aansluitend bij de principes van een gezonde en evenwichtige voeding. Het voorziet in een aanbreng van maximaal 30 energieprocent vet met een goede vetzuursamenstelling, 55 energieprocent koolhydraten en 15 energieprocenteiwitten. De theoretische aanbevelingen van het WeightWatchers-dieet liggen in dezelfde lijn.
Voordelen
• Vet is het meest energiedense macro-nutriënt en heeft een beperkt effect op verzadiging. Een vetbeperkt dieet gaat bijgevolg meestal samen met een verminderde energie-inname.
• Naast het verlaagde vetgehalte speelt mogelijk ook het hogere gehalte aan voedingsvezels een rol. Bepaalde voedingsvezels stimuleren de verzadiging en kunnen de energie-inname binnen een maaltijd en/of tijdens de volgende maaltijd verminderen. Daarnaast hebben de meeste voedingsmiddelen met een hoog vezelgehalte ook een hoger koolhydraatgehalte, een lager vetgehalte en dus een lagere energiedichtheid. Ook deze factoren hebben een gunstig effect op gewichtsbeheersing.
• Onderzoeken die het gewichtsverlies vergelijken tussen vetarme en koolhydraatarme diëten zijn niet eenduidig. Een recente studie toont na 1 jaar een vergelijkbaar gewichtsverlies bij vetarme en koolhydraatarme diëten (ongeveer 7,2 kg) in vergelijking met geen dieet.
• Een andere recente studie toont na 3, 6 en 12 maand een groter gewichtsverlies met een koolhydraatarm dieet dan met een vetarm dieet. Het gewichtsverlies bedroeg na 3 maanden 2,6 kg bij een vetarm dieet en 5,7 kg bij een koolhydraatarm dieet en respectievelijk 2,3 kg en 5,6 kg na 6 maanden en 1,8 kg en 5,3 kg na 12 maanden. Daarnaast werd er bij de deelnemers op een
koolhydraatarm dieet een verbetering van de cardiovasculaire risicofactoren vastgesteld zoals minder vetmassa, meer HDL-cholesterol, een betere ratio totale/HDL-cholesterol en een verlaagd triglyceridegehalte.
• Vetbeperkte diëten die vooral uit plantaardige voedingsmiddelen bestaan, zouden ook het risico op kanker en cardiometabole aandoeningen verlagen. Een vergelijkende studie tussen een vetbeperkt dieet en een dieet rijk aan onverzadigde (gezonde) vetten zoals het Mediterrane dieet (zie verder) toont geen verbetering van gezonde levensjaren.
Aandachtspunten
Door de beperkte vetinname kan op termijn een tekort aan vetoplosbare vitaminen en essentiële vetzuren ontstaan.
Mediterraan Dieet
Het traditionele mediterrane dieet wordt gekarakteriseerd door een beperkte hoeveelheid verzadigde vetzuren (minder dan 7-8 energie%), meer mono-onverzadigde vetzuren (ongeveer 15 energie%), een juiste balans tussen de omega 6- en omega 3-vetzuren, een rijkdom aan antioxidanten en veel complexe koolhydraten en voedingsvezels.
In de praktijk komt dit overeen met een voeding die rijk is aan groenten, fruit, peulvruchten en die vis, gevogelte, zaden, noten, magere zuivelproducten, volkoren graanproducten en plantaardige oliën arm aan verzadigde vetzuren (vooral olijfolie) bevat. In het bijzonder rood vlees en charcuterie worden slechts in beperkte hoeveelheden geconsumeerd (niet wekelijks). Daarnaast is rode wijn dagelijkse kost maar het wordt steeds in matige hoeveelheden gebruikt (1 tot 2 glazen - enkel bij de maaltijd). Ten slotte worden er vooral verse, zo weinig mogelijk bewerkte, producten van het seizoen en uit de lokale teelt gebruikt.
Voordelen
• Een mediterraan voedingspatroon wordt geassocieerd met een betere verhouding omega 6- en omega 3-vetzuren, een hogere inname van voedingsvezels, polyfenolen en andere antioxidanten. In de praktijk toont onderzoek aan dat vooral de hoge inname van groenten, fruit, noten, olijfolie en peulvruchten, de matige inname van alcohol en de beperkte inname van vlees aan de basis liggen van de vele gezondheidsvoordelen.
• Verschillende onderzoeken hebben het mediterrane dieet in verband gebracht met tal van gezondheidsvoordelen zoals een verhoogde levensverwachting, het behoud van cognitieve functies, een verlaagd risico op hart- en vaatziekten, kanker (minder overtuigend dan bij hart- en vaatziekten) en het metabool syndroom, minder ontstekingen en een verbetering van de insulinegevoeligheid.
Aandachtspunten
Een voedingspatroon dat een culturele, historische en sociale grondslag heeft, kan soms moeilijk door een andere entiteit als dusdanig worden overgenomen.
Dit betekent echter niet dat er geen ideeën uit de mediterrane keuken kunnen worden opgepikt en overgenomen. Een mediterraan voedingspatroon kan ook perfect met producten van bij ons.
Bepaalde Voedingsmiddelen Zijn Verplicht/Moeten Worden Vermeden
Voorbeelden hiervan zijn het Moermandieet, (Allen) Carr, Sapvasten, Detox, De Hormoonfactor, Bloedgroep
dieet, Soepdieet, enzovoorts.
Bepaalde producten eten of drinken is verplicht of verboden. De theorieën achter dergelijke diëten variëren en bevatten vaak heel wat tegenstrijdigheden.
Voordelen
• Bepaalde voedingsmiddelen sterk beperken of uit de voeding schrappen verlaagt doorgaans de energie-inname en levert in theorie gewichtsverlies op.
• Sommige diëten gaan ervan uit dat ons lichaam bepaalde voedingsmiddelen (bijvoorbeeld zuivel) of stoffen (bijvoorbeeld gluten) niet kan verteren, met een zogenaamde gewichtsstijging tot gevolg. Andere zeggen dat er giftige stoffen in het lichaam worden opgeslagen, die met bijvoorbeeld (sap)vasten kunnen worden verwijderd.
Deze beweringen zijn niet gebaseerd op wetenschappelijke inzichten.
Aandachtspunten
Bepaalde groepen voedingsmiddelen, die belangrijke voedingsstoffen aanbrengen, uit de voeding schrappen vergroot enerzijds de kans op voedingstekorten. Anderzijds riskeert men een overdadige inname van vetten, eiwitten of zout.
Bij verschillende van dergelijke diëten verliest men snel gewicht door het gebrek aan voedsel. Daarbij gaat het in het begin vooral om vochtverlies in plaats van om vetmassa. Al vrij snel zal het lichaam ook spierweefsel gaan afbreken.
Dergelijke diëten zijn vaak zeer moeilijk en lastig in gebruik.
Combinatiediëten
Combinatiediëten zijn gebaseerd op een selectieve combinatie van voedingsmiddelen of op het gescheiden eten van voedingsmiddelen. Elk dieet heeft bijkomende specifieke regels, bijvoorbeeld geen fruit eten na de maaltijd omdat het fruit dan begint te gisten nog voor het verteerd kan worden.
Voordelen
• De voorstanders van deze diëten beroepen zich op de idee dat wanneer bepaalde macronutriënten samen worden ingenomen, het ene macronutriënt de enzymen belemmert die op het andere macronutriënt moeten inwerken. Volgens hen treden in het geval van verkeerde voedingscombinaties verteringsproblemen op. Een combinatie van bijvoorbeeld koolhydraatrijke producten en eiwitrijke voedingsmiddelen binnen eenzelfde maaltijd zou absoluut uit den boze zijn.
Onderzoek leert dat deze theorie gebaseerd is op foute interpretaties van de spijsverteringsfysiologie. De vertering van koolhydraten, eiwitten en vetten vindt naast elkaar plaats. Elk van de voedingsstoffen heeft hiervoor haar eigen enzymen en de vertering van de ene voedingsstof staat de vertering van de andere niet in de weg.
• Bovendien is het praktisch niet mogelijk om volledig gescheiden te eten. Veel voedingsmiddelen bevatten van nature immers verschillende voedingsstoffen. Brood bijvoorbeeld is een belangrijke bron van meervoudige koolhydraten maar bevat daarnaast ook – zij het in veel mindere mate – eiwitten en vetten. Idem dito voor bijvoorbeeld andere graanproducten en peulvruchten.
• Vaak wordt zonder meer gesteld dat fruit in de darmen gist of zelfs rot. De wetenschap is al lang op de hoogte van dit vergistingsproces, dat trouwens een volkomen natuurlijk onderdeel vormt van de spijsvertering. Onverteerde resten van fruit (bv. vezels), maar ook van andere voedingsmiddelen, worden in de dikke darm gefermenteerd onder invloed van de aanwezige
darmflora. Wanneer de darmflora verstoord is en ongewenste bacteriën de overhand krijgen als gevolg van stress, ziekte, een eenzijdige en te vette voeding of het gebruik van te veel medicijnen, kunnen wel spijsverteringsproblemen ontstaan.
Lage- En Zeer-Lage-Energiediëten En Maaltijdvervangers
Voorbeelden zijn Herbalife, PronoKal, Cambridge, Modifast.
Zeer-lage-energiediëten (VLCD) brengen gemiddeld 400 tot 800 kcal per dag aan. Lage-energiediëten (LCD) 800 tot 1200 kcal per dag. Dergelijke lage calorie-innames zijn met gewone voedingsmiddelen vaak moeilijk realiseerbaar en vol te houden in de praktijk. Het is dan handig om gebruik te kunnen maken van afslankproducten.
De European Food Safety Authority (EFSA) heeft recent nieuwe aanbevelingen gepubliceerd voor de samenstelling van afslankproducten die een volledige dagvoeding vervangen. Zij moeten ten minste 600 kcal, 75 g eiwitten, 30 g koolhydraten, 11 g linolzuur en 1,4 g alfa-linoleenzuur per dag aanbrengen. De aanbevelingen voor mineralen zijn dezelfde als die voor een gezonde voeding. Deze nieuwe aanbevelingen moeten ervoor zorgen dat patiënten met overgewicht of obesitas die meerdere weken of maanden afslankproducten gebruiken als enige voedingsbron geen voedingstekorten ontwikkelen.
Voordelen
• De basis van LCD en VLCD is gebaseerd op een energietekort van 1000 tot 2000 kcal per dag. Ook de koolhydraataanbreng is sterk verlaagd. Hierdoor treedt een toestand van ketose op. Deze diëten zijn meestal ook vetarm en eiwitrijk waardoor de principes van een vetbeperkt en een eiwitrijk dieet hier ook van toepassing zijn.
• VLCD die weinig koolhydraten bevatten, rijk zijn aan eiwitten met een hoge biologische waarde en in totaal niet meer dan 800 kcal per dag aanbrengen, geven significant sneller gewichtsverlies geven met behoud van de vetvrije massa in vergelijking met een klassieke therapie.
• Zeker bij ernstige, morbide obese personen kunnen LCD en VLCD zorgen voor een groter gewichtsverlies op korte termijn, wat niet alleen hun levenskwaliteit verbetert maar ook hun motivatie om te vermageren. VLCD lijken ook voordelen te bieden als voorbereiding op bariatrische chirurgie.
• Kiezen voor een energiebeperkte voeding in een omgeving waar vooral energierijke voedingsmiddelen worden aangeboden, is voor veel patiënten onbegonnen werk. Afslankproducten zoals maaltijdvervangers met een welbepaalde nutritionele samenstelling kunnen dan interessant zijn om slechte keuzes te voorkomen. Verschillende studies met isocalorische diëten stellen meer gewichtsverlies vast bij patiënten die beperkt gebruik maken van maaltijdvervangende preparaten. Het kan zinvol zijn om 1 tot maximum 2 maaltijden per dag te vervangen door een preparaat,
in het bijzonder bij patiënten die weinig inzicht hebben in hun reële voedselinname en die moeilijk porties of energiedensiteit kunnen inschatten.
Aandachtspunten
• EFSA raadt het gebruik van afslankproducten die de volledige dagvoeding vervangen af bij volwassenen met een gezond gewicht, zuigelingen, kinderen, adolescenten, zwangere vrouwen, vrouwen die borstvoeding geven en ouderen.
• Enkel in uitzonderlijke gevallen is het gebruik ervan,
mits medisch toezicht van een arts, aanbevolen. Er is voorzichtigheid geboden bij mensen met overgewicht of obesitas met één of meerdere aandoeningen zoals diabetes, problemen met de schildklier, de nieren of de lever.
• Afslankproducten die de volledige dagvoeding vervangen, mogen maximaal 3 maanden gebruikt worden. Studies die het effect op het verlies van calcium en de botgezondheid nagaan beperken zich tot zelfs maar 8 weken. Daarom wordt aangeraden om
afslankproducten die de volledige dagvoeding vervangen maar gedurende een korte periode te gebruiken.
• Een degelijke opvoeding en begeleiding van de patiënt is noodzakelijk. Na de therapie moet de patiënt in staat zijn om voortaan de juiste keuzes te maken uit het ruime aanbod aan conventionele voedingsmiddelen.
Intermitterend Of Alternerend Vasten
De verschillende methoden hebben met elkaar gemeen dat er een periode van vasten (70 tot 100 % onder de energiebehoefte of 500 tot 600 kcal per dag) wordt afgewisseld met een periode zonder beperkingen of met een kleine caloriebeperking (bv. 30 % onder de energiebehoefte).
Bij alternerend vasten wordt een dag vasten afgewisseld met een dag normale voedselinname of een dag met caloriebeperking. Sommige vormen van intermitterend vasten combineren 2 tot 4 dagen vasten met 2 tot 4 dagen niet vasten.
Voordelen
• Over de achterliggende mechanismen is nog maar weinig bekend. Mogelijk is het dieet beter vol te houden omdat periodes van vasten worden afgewisseld met periodes met een normale energie-inname.
Anderzijds rapporteren proefpersonen vaak honger en geïrriteerdheid tijdens de vastendagen, wat vragen oproept naar de toepasbaarheid op lange termijn.
• Studies naar de effecten van intermitterend of alternerend vasten bij mensen met een normaal gewicht, overgewicht en obesitas vonden geen schadelijke effecten op korte termijn. Gerapporteerde neveneffecten zijn slaapmoeilijkheden, geïrriteerdheid, dehydratatie, vermoeidheid en slaperigheid overdag.
• Een recente studie stelde na 12 weken alternerend vasten een gewichtsverlies vast van 5,2 ± 0,9 kg (6,5 ± 1,0 %). Kortetermijnresultaten suggereren ook gunstige effecten op het behoud van de vetvrije massa. Een ander onderzoek toont een groter gewichtsverlies, een lagere middelomtrek, een lager vetpercentage en een verbeterde insulinegevoeligheid na afwisselend vasten en afwisselend vasten met een beperkte koolhydraatinname, in vergelijking met een continu energiebeperkt dieet.
Aandachtspunten
• Intermitterend vasten om te vermageren is een interessante nieuwe piste die verder moet worden onderzocht. Zo moet worden nagaan of een dergelijke strategie ook effectief kan zijn bij bepaalde personen om ook op lange termijn gewichtsverlies te bekomen en te behouden.
• Ook moet nagegaan worden wat de meest effectieve methode is (alternerend vasten of 2 dagen per week vasten), wat de optimale calorie-inname op vastendagen en op niet-vastendagen is en
hoe lang kan zo’n voedingspatroon veilig worden gevolgd
• Intermitterend vasten is af te raden voor zwangere vrouwen, diabeten en patiënten met eetstoornissen.
Besluit
Wie wil vermageren moet zijn energie-inname in verhouding tot zijn energieverbruik verminderen. Verschillende populaire vermageringsdiëten, ongeacht hun samenstelling, komen hiervoor in aanmerking. Ze geven echter vooral gewichtsverlies op korte
maar niet op lange termijn.
• Vroeger was het vetbeperkte dieet het meest gangbaar. Door de blijvende toename van overgewicht
en obesitas ligt het echter sterk onder vuur. Eiwitrijke en koolhydraatbeperkte diëten zijn nu aan een opmars bezig.
• Een eiwitrijk dieet lijkt in vergelijking met een vetarm dieet voordeel te bieden, omdat eiwitten meer verzadigend
werken dan koolhydraten en vetten. Dat geldt niet alleen in het kader van gewichtsverlies maar ook van gewichtsbehoud en het zou makkelijker vol te houden zijn.
• Een koolhydraatarm en eiwitrijk dieet levert in vergelijking met een vetarm dieet een snellere gewichtsreductie op korte termijn maar niet op lange termijn (na 1 jaar).
• De vraag of een voeding met een lage glycemische index voordelen biedt in het voorkomen en behandelen van obesitas blijft controversieel.
• Bij ernstige, morbide obese personen kunnen goed samengestelde lage-energiediëten (LCD) en
zeer-lage-energiediëten (VLCD) onder medisch toezicht
en als onderdeel van een totale behandeling zorgen voor een groter gewichtsverlies op korte termijn. Dat verbetert niet alleen hun levenskwaliteit maar ook hun motivatie om te vermageren. Adequate afslankproducten zoals maaltijdvervangers kunnen hier ook zinvol zijn.
• Intermitterend vasten om te vermageren is een interessante nieuwe piste die verder moet worden onderzocht.
• In het kader van de behandeling van overgewicht en obesitas promoot men niet één dieet maar raadt men het vermageringsdieet aan dat het beste bij de patiënt
past. Diëten die sterk afwijken van zijn voedingspatroon blijken moeilijker vol te houden dan diëten die enigszins aansluiten bij zijn oorspronkelijke eet- en levensstijl. Wie
al te rigide voedingsrichtlijnen moet volgen, haakt doorgaans voortijdig af, vervalt in zijn oude voedingsgewoonten en komt terug in gewicht bij.
• Professionele begeleiding is noodzakelijk want een gezond vermageringsdieet moet niet alleen doeltreffend
zijn inzake gewichtsverlies, het moet ook voorzien in voldoende vitaminen, mineralen en andere gezondheidsbevorderende stoffen.
• Meer beweging inbouwen in de dagelijkse activiteiten
is ten slotte essentieel om het dagelijkse energieverbruik te bevorderen en de energiebalans beter in evenwicht te houden.