Moeilijk etende peuter bijna nooit reden tot zorg

Een kwart van de peuters is een moeilijke eter. In het merendeel van de gevallen gaat dit vanzelf over en is er geen reden tot zorg: een periode van slecht eten hoort bij de normale ontwikkeling. Alleen een kleine groep kinderen (4%) heeft aanhoudend kieskeurig eetgedrag in de vroege jeugd. Dat blijkt uit onderzoek aan de Erasmus Universiteit, Rotterdam. 

Een kwart van de ouders rapporteert dat hun peuter een moeilijke, of kieskeurige eter is. Vaak wordt gezegd dat het een fase is en dat het vanzelf overgaat. Het kan echter leiden tot een verslechterde voedingstoestand en een vertraging in lengtegroei en gewichtstoename. 

Het is dus belangrijk om te achterhalen wanneer kieskeurig eten een normale fase is in de ontwikkeling en wanneer het leidt tot lichamelijke en/of psychische gezondheidsklachten als het kind opgroeit.

De belangrijkste bevindingen van het onderzoek bevestigen dat kieskeurig eten bij het jonge kind een vaak voorkomend probleem is (26,5% op 1,5 jaar en 27,6 op 3 jarige leeftijd), dat daarna lijkt af te nemen (13,2% op 6 jarige leeftijd). De kinderen waarvan het kieskeurig eten gedrag over gaat, hebben geen verhoogde kans op psychische problemen op latere leeftijd.

Het is een normale fase in de ontwikkeling is. Veel kinderen zijn in hun vroege jeugd lastige eters, maar die problemen gaan vanzelf over vóór hun zesde levensjaar. Zorgprofessionals kunnen een afwachtend beleid voeren, waarbij ouders gerustgesteld kunnen worden dat deze fase waarschijnlijk vanzelf overgaat.

Alleen een kleine groep kinderen (4%) heeft aanhoudende problemen in de vroege jeugd. Deze kinderen hebben een iets verhoogde kans op ontwikkelingsproblemen. 

Bron: www.parnassiagroep.nl