Klussen leidt vaak tot blijvend letsel

nieuws Ongelukken tijdens het klussen in en om het huis zorgen in 40 procent van de gevallen voor blijvend letsel. Het gaat meestal om doorgesneden pezen en zenuwen in de hand of arm, botbreuken en zelfs geamputeerde vingers. Dit blijkt uit een studie van de Nederlandse Vereniging voor Plastische Chirurgie (NVPC).

Vanwege de ernst van de verwondingen wil de NVPC betere voorlichting voor het veilig gebruik van gereedschap bij het thuisklussen.

Circa 15 tot 20 procent van de mensen die zich meldt bij de Spoedeisende hulp van een ziekenhuis heeft letsel aan de handen. Plastisch chirurgen zien een toename van het aantal gevallen met klusletsels in de voorjaarsperiode en in de zomermaanden. De NVPC inventariseerde daarom voor het tweede jaar op rij de frequentie, ernst en aard van ernstige klusletsels in de maand mei.
Daaruit blijkt dat in totaal 41 mensen zeer ernstige klusletsels hebben opgelopen die op de Spoed Eisende Hulp terecht zijn gekomen. Vorig jaar waren dit er naar schatting circa 300 in de hele zomerperiode. Van de slachtoffers werd 70 procent doorverwezen naar een plastisch chirurg voor een operatie. Voor 40 procent van alle gevallen zorgde het ongeluk voor blijvende invaliditeit, voor 25 procent is sprake van een herstelperiode van 3 maanden tot 1 jaar en 35 procent herstelt binnen 3 maanden. Handletsel kan tot langdurige arbeidsongeschiktheid of zelfs blijvende invaliditeit leiden.

Dit is een belangrijke reden voor langdurig ziekteverzuim. Mede hierdoor is handletsel een van de duurste letsels: gemiddeld gaat 20 procent op aan medische kosten en 80 procent aan arbeidskosten wegens langdurig verzuim.
In 25 procent van de gevallen werden als gevolg van het ongeluk één of meerdere vingers (deels) geamputeerd. De grootste boosdoener was de cirkelzaag, die zorgde voor driekwart van de ongelukken. Maar ook met gereedschap als de kettingzaag, de grasmachine, schuurmachine en slijptol kwamen er afgelopen meimaand meerdere ongevallen voor.
In 40 van de 41 gevallen was het slachtoffer van het thuisklusongeluk een man. De meeste ongelukken (80 procent) gebeuren tijdens het klussen buitenshuis. Naast gehele of gedeeltelijke amputatie van vingers, is er in meer dan de helft van de gevallen sprake van peesletsel (60 procent), gevolgd door botbreuken (55 procent), zenuwletsel (50 procent) en vaatletsel (30 procent). De letsels betreffen in 90 procent van de gevallen de handen en in 10 procent de armen.