Waarom vitamine C zo belangrijk is

Vitamine C hebben we nodig om onze cellen te beschermen tegen beschadiging en om wonden te laten genezen. Het helpt ons lichaam ook om ijzer op te nemen en neurotransmitters zoals dopamine te produceren. Hoewel is bewezen dat vitamine C een rol speelt bij de afweer van het lichaam, bestaat er geen bewijs dat de vitamine kanker kan genezen. Wel is er een verschil tussen pilvorm en intraveneuze toediening. Vitamine C via een infuus vergroot namelijk de efficiëntie van andere behandelingen zoals chemotherapie en bestraling.

Voor hart- en vaatziekten geldt dat er zeker evenveel studies zijn die zowel een positief als een negatief effect aantonen. Ook tegen griep heeft vitamine C geen bewezen werking en evenmin tegen verkoudheden. Verkoudheid treedt niet minder vaak op bij het innemen van een hoge dosis vitamine C (tot 2 g per dag), maar de ernst en de duur van de verkoudheid worden mogelijks wel enigszins beïnvloed, vooral in koude streken en bij mensen die intensief sport beoefenen. Behandeling met een hoge dosis vitamine C nadat de eerste verkoudheidssymptomen al zijn opgetreden, heeft geen enkel effect.

De dagelijks aanbevolen hoeveelheid voor volwassenen is 110 mg. Zwangere vrouwen, vrouwen die borstvoeding geven en rokers hebben meer nodig. Ter info: 1 sinaasappel bevat ongeveer 40 mg. De meeste mensen nemen voldoende vitamine C op via de voeding. Het komt zelden voor dat iemand een extreem laag vitamine C-gehalte heeft. Is dat toch het geval, dan kan scheurbuik optreden dat zich kenmerkt door vermoeidheid, pijnlijke gewrichten, tandvleesproblemen en bloedarmoede.