Experimentele therapie gaat alzheimer te lijf met licht en geluid
nieuws
Amerikaanse neurowetenschappers ontwikkelden een therapie met licht en geluid tegen alzheimer om de eiwitklonters in het brein af te breken. Bij zieke muizen helpt het, hun geheugen knapt ervan op. De eerste klinische proeven zijn gestart.
De ziekte van alzheimer kenmerkt zich door ophoping van de eiwitten tau en bèta-amyloïd in de hersenen. De klonters vormen zich al zo’n vijftien jaar voor de eerste symptomen optreden. Pas jaren later beginnen zenuwcellen (de grijze massa) daadwerkelijk af te sterven.
Onderzoekers proberen al lange tijd om het eiwit in de hersenen dat geassocieerd wordt met cognitieve problemen, op te ruimen. Tot nu toe zonder succes. Hoogleraar neurowetenschap Li-Huei Tsai en haar collega’s van MIT boekten succes bij zieke muizen met een therapie gebaseerd op flikkerend licht en geluid van lage frequentie. Eiwitophopingen worden kleiner en het geheugen van de beestjes beter. De eerste tests bij gezonde ouderen laten zien dat herhaalde blootstelling aan het licht en geluid veilig is. Klinische proeven met patiënten zijn dit jaar van start gegaan.
Verstoorde hersengolven
In onze hersenen zitten zenuwcellen die ritmisch ‘vuren’, waarmee ze hersengolven van verschillende frequenties opwekken. Door iemand bloot te stellen aan licht en geluid van een bepaalde frequentie, kan je deze elektrische activiteit in het brein beïnvloeden.
De grootste vraag was natuurlijk: verbetert de therapie ook daadwerkelijk het geheugen? Geheugenklachten zijn vaak een eerste verschijnsel van alzheimer. Nou, het lijkt er wel op. Zieke muizen scoorden beter op geheugentests dan hun soortgenoten die geen therapie kregen; ze herkenden plekken waar ze eerder geweest waren beter.
Wel bij muizen, niet bij mensen
Het ziet er zo goed uit, dat een paar maanden terug de eerste studie van start ging met twaalf patiënten met een milde vorm van alzheimer. De helft krijgt zes maanden lang een uur per dag blootstelling aan licht en geluid, de andere helft niet. Op verschillende tijdstippen gedurende dat halfjaar worden bij iedereen de cognitieve vermogens getest, waaronder het geheugen. Met EEG (een methode om de elektrische activiteit van de hersenen te meten) zullen de onderzoekers checken hoe de hersengolven van de patiënten reageren op de stimulatie. Bloedtests moeten uitwijzen of de hoeveelheid bèta-amyloïd en tau in het bloed verandert na therapie.
In deze eerste proef gaat het ook vooral om de vraag of de therapie veilig is, of er bijwerkingen zijn en of het apparaatje dat licht en geluid uitzendt makkelijk thuis te gebruiken is. “Halverwege volgend jaar verwachten we de eerste resultaten”, aldus Tsai. Een tweede studie, waar veertig patiënten aan mee gaan doen, staat in de startblokken.