Strengere straffen voor verkeersovertredingen door jonge bestuurders
nieuws
Vanaf 1 september 2007 worden sommige verkeersovertredingen begaan met een motorvoertuig door een persoon die sinds minder dan twee jaar houder is van het rijbewijs B strenger bestraft. Deze strengere bestraffing geldt voor elk motorvoertuig, zelfs al betreft het motorvoertuig waarmee de overtreding begaan werd geen voertuig categorie B, maar bv. een bromfiets klasse A en elk ander gemotoriseerd toestel.
De rechter moet het verval van het recht tot sturen uitspreken en het herstel van het recht tot sturen minstens afhankelijk maken van het slagen voor het theoretisch of praktisch examen.
1. Alcohol
- 0, 22 mg/l alcohol in de uitgeademde lucht meet of ten minste 0,5 g/l alcohol in het bloed;
- weigeren zich te onderwerpen aan de ademtest of aan de ademanalyse, of, zonder wettige reden, weigeren de bloedproef te laten nemen;
- het rijbewijs in het geval de inhouding (3 of 6 uur), niet afgeven, of het ingehouden voertuig;
- een persoon die duidelijke tekens van strafbare alcoholopname vertoont of die zich in staat van dronkenschap of soortgelijke staat bevindt, aanzetten of uitdagen tot het besturen van een motorvoertuig of tot het begeleiden met het oog op de scholing, of die persoon een motorvoertuig ter beschikking stellen.
2. Drugs
- gebruik van THC, amfetamine, MDMA, MDEA, MBDB, morfine, cocaïne of benzoylecgonine.
- een persoon die duidelijke tekenen vertoont van invloed als gevolg van gebruik van één van de voornoemde stoffen, aanzetten of uitdagen tot het besturen van een motorvoertuig of tot het begeleiden met het oog op de scholing, of het ter beschikking stellen van een voertuig.
- zonder wettige reden, weigeren zich te onderwerpen aan de gestandaardiseerde testbatterij/urinetest of een bloedproef.
- het rijbewijs in het geval van inhouding, niet afgeven, of het ingehouden motorvoertuig besturen.
3. Radardetectoren
Het bezit van een uitrusting die of elk ander middel dat de vaststelling van overtredingen bemoeilijkt of verhindert of automatisch werkende toestellen opspoort.
4. Verkeersongevallen
- Het veroorzaken van een verkeersongeval met doden of zwaar gewonden;
- Verkeersongevallen met vluchtmisdrijf.
5. Overtredingen op de wegcode
- Alle overtredingen van de derde of vierde graad;
- het overschrijden van de maximumsnelheid met meer dan 30 kilometer per uur, met meer dan 20 kilometer per uur in een bebouwde kom, in een zone 30, schoolomgeving, erf of woonerf.
6. recidive
De strengere straffen gelden voor elke verkeersovertreding voor wie in de loop van één jaar minstens drie keer werd geverbaliseerd.
7. een motorvoertuig besturen zonder houder te zijn van het rijbewijs.