Speelstraten zorgen ervoor dat kinderen meer bewegen
nieuws
Een groot deel van de Vlaamse kinderen beweegt te weinig en heeft daardoor meer kans op bijvoorbeeld overgewicht en obesitas. Het is dus van kindsbeen af nodig om fysiek actief te zijn. Speelstraten kunnen daarbij een belangrijk rol spelen.
De onderzoeksgroep Fysieke Activiteit en Gezondheid (vakgroep Bewegings- en Sportwetenschappen) van de Universiteit Gent brengt in kaart welke factoren belangrijk zijn om kinderen meer te laten bewegen, met een focus op de omgeving.
Toegankelijkheid en ruimte
Voor kinderen is het vooral belangrijk dat de buurtomgeving gemakkelijk toegankelijk is om te wandelen en te fietsen, en dat er voldoende speelruimte is. ‘Toegankelijk’ betekent dat je gemakkelijk van de ene plaats naar de andere plaats kan stappen, dat er veel winkels en ontspanningsmogelijkheden zijn en dat er veel mensen wonen.
Een bewegingsvriendelijke buurt blijkt vooral een grote impact te hebben in buurten waar mensen wonen met een laag inkomen. Daar is het dus extra belangrijk om voldoende speelruimte te voorzien voor kinderen.
Een voorbeeld om op een relatief goedkope manier meer speelruimte te voorzien, zijn speelstraten: straten die tijdelijk verkeersvrij worden gemaakt, zodat kinderen veilig kunnen spelen op straat tijdens de vakantie. Kinderen die in een speelstraat wonen, bewegen meer dan kinderen die niet in een speelstraat wonen. Ze zitten ook minder neer. Dit wijst er op dat speelstraten een alternatief kunnen bieden voor ‘schermactiviteiten’, zoals computerspelletjes spelen.
Aangezien de vakantie voor veel kinderen een periode is waarin ze weinig bewegen en waarin hun gewicht toeneemt, kunnen speelstraten dus een bijdrage leveren in de preventie van overgewicht en obesitas bij lagereschoolkinderen. Vooral in buurten waar ouders niet voldoende financiële middelen hebben om hun kinderen te laten sporten op sportkamp of waar weinig speelruimte (weinig parken en tuinen) beschikbaar is voor de kinderen, kan een speelstraat een waardevol alternatief zijn.
Verder bleek dat een speelstraat niet enkel een positief effect heeft op het beweeggedrag van de kinderen, maar bewoners van een speelstraat geven ook aan dat ze tijdens de speelstraat meer sociaal contact hebben met de buren en dat hun kinderen veel vrienden hebben in de speelstraat. De onderzoekers pleiten er dan ook voor om het initiatief uit te breiden naar meer straten en naar meer momenten, ook buiten de vakantieperiodes (vb. op zondagnamiddag).
Aanmoediging, steun… en plezier natuurlijk!
Naast de buurtomgeving waar kinderen opgroeien, is ook de steun en aanmoediging van hun ouders een bepalende factor voor de mate waarin de kinderen bewegen. Kinderen die meer steun en aanmoediging van hun ouders ervaren, bewegen meer dan andere kinderen. Het is dus van belang dat ouders hun kind blijven steunen en aanmoedigen om te sporten en bewegen, ook na de overgang naar de middelbare school. De laatste jaren van de lagere school en de eerste jaren van de middelbare schooltijd zijn immers een belangrijke periode omdat kinderen bij de overgang van de lagere naar de middelbare school vaak veel minder gaan bewegen.
Ouders kunnen hen aanmoedigen door interesse te tonen in het sportgedrag van hun kind (vb. informeren welke sporten hun kind leuk vindt) en door vervoer te voorzien naar sportactiviteiten. Kinderen sporten en bewegen ook meer als ze sport en beweging leuk vinden en als ze weinig hindernissen ervaren om te sporten en bewegen (vb. als ze voldoende tijd hebben om te sporten en te bewegen).
Daar kan op worden ingespeeld door laagdrempelige en aantrekkelijke beweeg- en sportactiviteiten te voorzien, bijvoorbeeld extra sport op school, met een gevarieerd aanbod. Georganiseerde sport op school, op woensdagnamiddag, tijdens de middagpauze of na de lessen op weekdagen, is meestal toegankelijker dan sporten in een sportclub. De kinderen hoeven zich niet te verplaatsen, het sporten is minder competitief dan in de sportclub en gebeurt samen met de schoolvriendjes. Daarnaast is sport op school ook meestal gratis.
Verder laat men jongeren ook best zelf een sport kiezen die ze graag doen.