Gerelateerde artikels
Transcutane elektrische zenuwstimulatie (TENS): elektrische impulsen voor pijnverlichting
In dit artikel
Transcutane elektrische zenuwstimulatie (TENS): elektrische impulsen voor pijnverlichting
dossier
Transcutane elektrische zenuwstimulatie (TENS) is een therapievorm die gebruikmaakt van elektrische stroom met een laag voltage om pijn te verlichten. Een TENS-apparaat geeft elektrische impulsen af via elektroden op het huidoppervlak. Men plaatst de elektroden op of in de buurt van zenuwen waar de pijn zich situeert of op triggerpoints.
Doordat men de pijn plaatselijk en aan de buitenkant van het lichaam behandelt, ondervind je geen bijwerkingen. Anders is het bij geneesmiddelen die in het hele lichaam aanwezig zijn, en dus ongewenste neveneffecten kunnen veroorzaken.
Hoe werkt het?
Er zijn twee theorieën over hoe transcutane elektrische zenuwstimulatie werkt. Volgens de ene theorie stimuleert de elektrische stroom zenuwcellen die de overdracht van pijnsignalen blokkeren, waardoor je perceptie van pijn verandert.
De andere theorie is dat zenuwstimulatie het endorfineniveau verhoogt, een natuurlijke pijnstiller die je lichaam aanmaakt. Die endorfines blokkeren je waarneming van pijn.
Waarvoor gebruikt men elektrische zenuwstimulatie?
TENS-therapie gebruikt men om zowel chronische als acute pijn te verlichten. De meest voorkomende aandoeningen waarbij men TENS inzet, zijn:
- Osteoartritis
- Fibromyalgie
- Tendinitis (een ontsteking of irritatie van een pees)
- Bursitis (ontsteking van de met vloeistof gevulde zakjes die de gewrichten beschermen)
- Pijn bij weeën
- Lage rugpijn
- Chronische bekkenpijn
- Diabetische neuropathie (beschadiging van de zenuwen die de hersenen en het ruggenmerg met de rest van het lichaam verbinden)
- Perifere vaatziekten (verharding van de slagaders die het bloed naar het lichaam transporteren)
Lees ook: 7 gouden regels bij lage rugpijn
Wanneer is TENS-therapie niet aangewezen?
Bepaalde personen maken beter geen gebruik van TENS-therapie, tenzij ze toestemming hebben van hun arts:
- Personen met een pacemaker of een ander elektronisch implantaat
- Zwangere vrouwen
- Personen met epilepsie
- Personen met hartritmestoornissen
- Personen met kwaadaardige aandoeningen in het gebied waar de elektroden worden geplaatst.
Men mag overigens geen elektroden aanbrengen op open wonden of op een geïrriteerde en/of beschadigde huid.
Bronnen:
auteur:
Sara Claessens,
gezondheidsjournalist