Pijnstillers: wat is ibuprofen?

Ibuprofen is een pijnstiller die behoort tot de NSAID’s (ontstekingsremmers). Dit type pijnstiller remt koorts, verlicht pijn en vermindert ontstekingen. Door zijn ontstekingsremmende werking is het middel populair bij personen die bijvoorbeeld rugpijn of gewrichtspijn hebben. Men gebruikt het vaak als paracetamol onvoldoende helpt. Maar ibuprofen geeft ook meer bijwerkingen dan paracetamol.

Ibuprofen bevat een bepaalde stof die de productie van cyclo-oxygenase (COX)-1 en COX-2 blokkeert. Het lichaam maakt deze stoffen vrij na ziekte of een letsel, waardoor je pijn en zwelling kan ervaren. Door ibuprofen te nemen, geraken pijnsignalen in mindere mate of helemaal niet meer tot in de hersenen.

Ibuprofen helpt onder meer bij deze aandoeningen:

Welke dosis ibuprofen je moet nemen, hangt af je aandoening en van je leeftijd. Neem altijd de laagst mogelijke dosis die je symptomen onder controle houdt. Zo heb je ook het minste kans op bijwerkingen. Je neemt ibuprofen het best met voedsel of eventueel een glas melk om de kans op maagklachten te verminderen.

De maximale dosis ibuprofen per dag is 1200 mg. Dat kan je innemen in zes keer 200 mg of drie keer 400 mg. Het duurt gemiddelt 30 tot 60 minuten alvorens ibuprofen begint in te werken en het effect houdt 8 uur aan. Als je ibuprofen via zetpillen inneemt, werkt het pas na 2 tot 3uur, maar de werkingsduur is langer: tot wel 12uur.

De meest voorkomende bijwerkingen zijn hoofdpijn en maagklachten, zoals diarree, misselijkheid en braken. Wie een hoger risico loopt op maagzweren of maagbloedingen, neemt het best een maagbeschermer in combinatie met ibuprofen. Dat geldt ook voor patiënten ouder dan 70 jaar.

Voorts werkt ibuprofen bloedverdunnend en het medicijn kan overgevoeligheidsreacties veroorzaken, zoals huiduitslag en jeuk.

In bepaalde gevallen kan je het gebruik van ibuprofen beter vermijden: