- dossierOogziekte van Graves: uitpuilende ogen (schildklierziekte)
- dossierEpidurale infiltratie bij rugpijn: werking en bijwerkingen
- dossierVaginale infecties: het verschil tussen vaginitis, candidiasis en bacteriële vaginose
- dossierWaterpokken of windpokken: symptomen en behandeling
- nieuwsWat te doen bij rugpijn? Nieuwe richtlijnen Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg
Syndroom van Guillain-Barré (GBS)
dossier Het syndroom van Guillain-Barré is een niet-aangeboren aandoening die leidt tot het niet of onvoldoende functioneren van de spieren. Zowel de spieren van de ledematen als die van de romp worden aangetast, soms ook de aangezichtsspieren. De ziekte kan zich op iedere leeftijd voordoen, zowel bij mannen als vrouwen. De ernst van de ziekte varieert sterk, van nauwelijks merkbare spierzwakte en gevoelsstoornissen tot een vrijwel volledige verlamming.
Syndroom van Guillain-Barré: auto-immuunziekte
De oorzaak van het syndroom van Guillain-Barré is een auto-immuunreactie waarbij het immuunsysteem zich richt tegen de eigen zenuwbanen. Hierdoor wordt het isolatiemateriaal van de zenuw (myeline) en soms ook het ingesloten geleidende deel (axon) aangetast, waardoor signalen vertraagd of gewijzigd doorkomen. Kenmerkend is dat de verschijnselen zich vrij plotseling voordoen en meestal snel (binnen enkele dagen) in ernst toenemen.
Aan de basis van deze auto-immuunreactie ligt waarschijnlijk een virusinfectie of een bacteriële infectie. De meest frequent uitlokkende infecties zijn: Campylobacter jejuni (zit bijvoorbeeld in onvoldoende gegaard kippenvlees), Cytomegalovirus (CMV) en Epstein-Barr virus. Er zijn zeldzame gevallen beschreven van GBS na een vaccinatie of na een operatie.
Lees ook: Wat is een auto-immuunziekte?
Symptomen Guillain-Barré
De verschijnselen ontstaan vrij plots en nemen meestal snel in ernst toe.
Bij beschadiging van de gevoelszenuwen kan men last hebben van gevoelloosheid, tintelingen, een 'slapend' gevoel of schokjes en trillingen in handen en voeten. Daarnaast kan sprake zijn van 'zenuwpijnen'.
Als de bewegingszenuwen zijn aangedaan, kan er sprake zijn van spierzwakte, krampen en/of verlammingsverschijnselen. Doorgaans treedt de verlamming het eerst op in de benen, zodat het moeilijker wordt om trap te lopen of op te staan uit een stoel. Ook de armspieren, aangezichtsspieren, ademhalingsspieren en de hartspier kunnen verlamd raken. Soms heeft dit tot gevolg, dat men (tijdelijk) niet kan spreken. Als de ademhalingsspieren verlammen, kan ademhalingsondersteuning nodig zijn.
Andere mogelijke verschijnselen zijn: een lage bloeddruk, aanvallen van transpiratie en verlies van blaas- en darmcontrole.
Lees ook: Neuropathische pijn of zenuwpijn
Diagnose GBS
De diagnose wordt meestal gesteld aan de hand van het klinische beeld. Nader onderzoek moet andere oorzaken uitsluiten, zoals loodvergiftiging, vergiftiging met chemicaliën als organische fosfaten, ziekten veroorzaakt door bacteriën als Mycoplasma en Corynebacterium diphtheriae, en stofwisselingsziekten als porfyrie.
Doorgaans vinden naast een bloedtest een of meerdere van deze onderzoeken plaats om de diagnose te bevestigen:
- Zenuwgeleidingsonderzoek: Hierbij wordt de snelheid en sterkte van elektrische signalen in de zenuwen gemeten. Elektroden worden op de huid geplaatst om kleine elektrische schokken toe te dienen, waarmee de reactie van de zenuwen wordt geregistreerd.
- Naald-EMG: Hierbij worden dunne naalden in de spieren ingebracht om elektrische activiteit in rust en tijdens samentrekking te meten.
- Lumbaalpunctie: Een lumbaalpunctie (ook wel ruggenprik genoemd) is een medisch onderzoek waarbij met een dunne naald een kleine hoeveelheid hersen- en ruggenmergvocht (liquor) wordt afgenomen uit de ruimte rond het ruggenmerg.
Behandeling GBS
Doorgaans wordt iemand met Guillan-Barré in het ziekenhuis opgenomen op intensieve zorgen om het verloop van de ziekte te volgen. De behandeling van GBS hangt af van de ernst van de klachten. Bij milde klachten herstelt het lichaam meestal vanzelf, met toezicht op het ziekteverloop en verantwoord bewegen. Bij ernstigere gevallen, zoals wanneer lopen niet meer mogelijk is of andere functies ernstig achteruitgaan, wordt behandeling met immuunglobulinen (IVIg) gestart. Deze remmen de reactie van het afweersysteem en beperken schade. Daarnaast is monitoring van kracht, ademhaling, hartslag en slikfunctie belangrijk. Het zuurstofgehalte in het bloed van de patiënt wordt steeds gecontroleerd en zo nodig wordt via een zuurstofmasker extra zuurstof toegediend. Als desondanks het zuurstofgehalte in het bloed daalt, moet de patiënt worden beademd.
Als IVIg niet geschikt is, bijvoorbeeld door een allergie, kan plasmaferese worden ingezet. Hierbij worden afweerstoffen uit het bloed verwijderd en het bloed teruggevoerd, maar dit is belastender dan IVIg.
Kinesitherapie voorkomt een verkeerde stand van de gewrichten, bijvoorbeeld een spitsvoet en is later belangrijk voor de revalidatie. De patiënt zal later weer moeten leren de verzwakte spieren te gebruiken.
Herstel na GBS
De meeste patiënten herstellen volledig binnen drie tot zes maanden. 10 tot 20 procent blijft last houden van enige spierzwakte of gevoelsverlies.
Bij ongeveer 3 procent van de patiënten komt de ziekte één of meer keren terug. Soms pas jaren nadat de ziekte voor het eerst optrad.
Bronnen:
https://www.uzleuven.be
https://gbsexpertisecentrum.nl
https://my.clevelandclinic.org