Gerelateerde artikels
Hoe meet je zelf je bloeddruk en wat betekent het resultaat?
In dit artikel
Hoe meet je zelf je bloeddruk en wat betekent het resultaat?
dossier
Vanaf je veertigste wordt het belangrijk om je bloedduk in de gaten te houden. Een hoge bloeddruk voel je niet altijd, maar het vergroot wel je kans op hart- en vaatziekten. Je kan je bloeddruk makkelijk en snel zelf meten. We overlopen de verschillende stappen.
Lees ook: Wanneer wordt bloeddrukmeting thuis aangeraden?
Hoe zelf je bloeddruk meten?
- Probeer te ontspannen voor de meting. Dat betekent dat je een half uur voor de meting niet rookt, geen koffie drinkt of je niet zwaar inspant.
- Doe de bloeddrukband om de arm die je het minst gebruikt. Ontbloot die arm en plaats de band 2 centimeter boven de elleboog. Trek de band niet te strak aan. Er moet nog ongeveer de ruimte voor een duim zijn tussen je arm en de band. Het snoer moet aan de binnenkant van je elleboog zitten.
- Neem de juiste houding aan. Ga op een stoel zitten en plaats je rug recht tegen de leuning. Zet je voeten naast elkaar op de grond. Je arm met de bloeddrukband om leg je op de leuning van de stoel of op de tafel.
- Meet nu je bloeddruk. Druk op de startknop. De meting start automatisch en stopt ook vanzelf. Na een minuutje voer je de meting opnieuw uit. Bij sommige meters gebeurt dit automatisch. Hou je rustig tijdens de metingen en praat dus liever niet.
- Bewaar de gemeten waarden goed. Zo kan je ze later nog vergelijken of eventueel met een arts bespreken. Noteer ze dus op een briefje of maak er een foto van. Bloeddrukmeters hebben normaal ook een geheugenfunctie.
De waarden interpreteren
Wat zeggen nu de waarden op je meter? Het hoogste getal dat je gemeten hebt, is de bovendruk en het laagste getal is de onderdruk. Voor zowel de boven- als de onderdruk gelden enkele referentiewaarden:
Bij 120/80 of lager heb je een ideale bloeddruk. Als je bovendruk minder of gelijk is aan 120, dan heb je het minste kans op hart- en vaatziekten. Je onderduk is het beste als hij lager is dan 90. Een lage bloeddruk (hypotensie) is meestal onschuldig. We spreken van een te lage bloeddruk als die zó laag is dat je er klachten van hebt. Of als de bovendruk lager dan 90 is of de onderdruk lager dan 60.
Lees ook: Lage bloeddruk of hypotensie: vervelend maar niet gevaarlijk
Bij 140/90 of hoger kamp je met een hoge bloeddruk. Als je bovendruk richting de 140 gaat, dan verhoogt je kans op hart- en vaatziekten. Een onderdrukwaarde vanaf 90 geldt als hoge bloeddruk.
Als je een bovendrukwaarde tussen 140 en 180 hebt en je hebt de meting maar één keer uitgevoerd, dan zegt dat niet zoveel. Doe de meting in dat geval opnieuw. Krijg je dezelfde hoge waarde? Meet dan een week lang elke ochtend en avond je bloeddruk. Heb je telkens hoge waarden gemeten, neem dan contact op met je huisarts.
Als je evenwel thuis je bloeddruk hebt gemeten en je krijgt waardes van 135/85 of hoger, dan heb je een hoge bloeddruk. Thuis is je bloeddruk namelijk vaak iets lager dan bij je huisarts.
Als je evenwel thuis je bloeddruk hebt gemeten en je krijgt waardes van 135/85 of hoger, dan heb je een hoge bloeddruk. Thuis is je bloeddruk namelijk vaak iets lager dan bij je huisarts.
Lees ook: Hoge bloeddruk (hypertensie): hoe voorkomen en behandelen
Bij waardes van 180/110 of hoger is je bloeddruk ernstig verhoogd. Herhaal de meting in dat geval drie keer. Neem tussen de metingen 5 minuten pauze. Blijft je bovendruk na meerdere metingen 180 of hoger? Neem dan zo snel mogelijk contact op met je huisarts. Hij of zij zal je verder adviseren.
Lees ook: Wat zijn de risico's van een te hoge bloeddruk?
Bronnen:
auteur:
Sara Claessens,
gezondheidsjournalist
