Gerelateerde artikels
Wereld hepatitisdag: Hepatitis C: hoe weet u dat u besmet bent?
nieuws
De overgrote meerderheid van de patiënten die besmet zijn met hepatitis C hebben geen specifieke klachten of geheel geen klachten. Meer dan de helft van de geïnfecteerden weet dan ook niet dat ze besmet zijn, want ze voelen zich de eerste 10 tot 20 jaar na de besmetting nog gezond. Daardoor is hun lever vaak al sterk beschadigd op het ogenblik dat de diagnose wordt gesteld.
Bloedtest
• De infectie kan alleen worden opgespoord door middel van bloedtesten. Op basis van antilichamen tegen het virus in het bloed wordt vastgesteld of iemand met het virus in contact is geweest of nog is. De antistoffen die u tegen het virus hebt aangemaakt, blijven in het bloed aanwezig, ook als het virus zelf is verdwenen.
Let op: bij hepatitis B wijst de aanwezigheid van antistoffen op een genezing, bij hepatitis C is dat NIET het geval. De antistoffen bieden dan ook geen immuniteit of bescherming.
• Na een positieve antistoffentest onderzoekt de arts of het virus zelf nog in het bloed aanwezig is: in het laboratorium gaat men op zoek naar het genetisch materiaal ofwel het genoom (RNA) van het virus, waarbij men de techniek PCR gebruikt.
Als het resultaat van dat onderzoek naar het virus tweemaal negatief is, met een periode van meer dan 3 maanden tussen de twee testen, betekent dit dat uw lichaam zich heeft ontdaan van het virus: u bent genezen. Als het resultaat van het onderzoek positief is, dan is het virus nog steeds aanwezig. Een volledig onderzoek en een aangepaste medische opvolging zijn dan noodzakelijk.
• Ook de aanwezigheid van verhoogde transaminasen (eiwitten die door de lever worden afgescheiden als hij wordt aangevallen) kan op hepatitis wijzen. Een positieve test betekent echter niet dat de lever is aangetast. Dat moet worden vastgesteld aan de hand van bijkomende onderzoeken met behulp van een leverechografie, een leverbiopsie en/of een fibroscan.
• Naast deze onderzoeken kan uw arts nog andere bloedtesten doen naar onder meer het aantal bloedcellen en bloedplaatjes, de stollingsfactoren van het bloed, enzovoorts.
Wie moet zich zeker laten testen?
• Personen die een zware chirurgische ingreep hebben ondergaan of een bloedtransfusie hebben gekregen voor 1992.
• Personen die, ook al is het maar één keer in hun leven en zelfs al is het lang geleden, intraveneus drugs hebben gebruikt of drugs hebben gesnoven,
• Personen die samenleven of hebben samengeleefd met een persoon die geïnfecteerd is met hepatitis C.
• Kinderen van HCV-positieve moeders.
• Personen die een tatoeage of een piercing hebben laten zetten, mesotherapie of acupunctuur hebben ondergaan waarbij geen wegwerp- of persoonlijke naalden werden gebruikt.
• Personen die werden verzorgd in landen van Zuidoost-Azië, het Midden-Oosten, Afrika of Zuid-Amerika.
• Personen met een onverklaarde verhoging van de transaminasen.
• Patiënten die positief zijn voor HIV of hepatitis B.
• Personen die in de gevangenis zitten of hebben gezeten.
• Personen met afwijkende levertesten.
Moet u getest worden op hepatitis C als u zwanger bent?
Nee. Vergeleken met de rest van de bevolking hebben zwangere vrouwen geen grotere kans om hepatitis C te krijgen. Indien zwangere vrouwen risico lopen of liepen op besmetting, m.a.w. als ze tot de gekende risicogroepen voor hepatitis C behoren, moeten ze wel worden gecontroleerd op hepatitis C.
Bronnen